1761: De polder werd bemalen door een windschepradmolen uit 1761. 
Deze molen stond aan de Hoogeveensche Vaart op de smalle strook land die tot diep in de Oude Groenendijksche- en Barrepolder doorliep.
Hij is bekend geworden als de Langelandse molen, genoemd naar het Langeland onder Benthuizen dat sinds lange tijd deel uitmaakte van de polder.

In 1926 werd  een Eriksson Hulpmotor in de molen geplaatst om ook bij windstilte te kunnen malen. *Twee jaar later sloot het polderbestuur een overeenkomst met de Benthuizer Noord- en Zuidpolder, waarin de polder de verplichting op zich nam het overtollige water van de Benthuizer Noord- en Zuidpolder af te voeren naar de Rijn.

Toen de Ringvaartmolen in 1928 met Dekkerwieken was herbouwd kon deze genoeg water uitmalen dat na een proef werd besloten de bemaling van deze polder ook door die molen te laten plaatsvinden. In 1938 werd besloten om de molen af te breken. (aantekeningen Bicker Caarten)

1938: Dit verklaart echter wel de aanwezigheid van een bemalingsovereenkomst van december 1938 waarin precies het tegenovergestelde staat: de Benthuizer Noord- en Zuidpolder neemt de verplichting op zich om het overtollige water van de Bent- en Delf of Generale polder weg te malen. Dit gebeurde met de in 1928 gebouwde Benthuizer Bovenmolen, die op een steenworp afstand van de Langelandse molen was gebouwd. 

*Archief van de polder, inv.nr 94.
Archief van de polder, inv.nr 97.
Informatie van Nico Varkevisser, 22 augustus 2010

1939: Volgens de database van verdwenen molens in Nederland werd de Langelandse molen rond 1939 afgebroken, hoewel hiervan in het archief niets is aangetroffen.  

Molen van de Bent- en Delf of Generale polder.
Het Langeland is het deel van de polder ten westen van de Slingerwatering en
wordt doorsneden door de Hoogeveense Vaart. Het is dus het deel van de
polder waarin de molen stond en daarmee is ook de naam van de molen
verklaard.

Informatie van E. Esselink