Vanouds was het tweelingdorp Vortum-Mullem (ook wel geschreven als Mullum) verdeeld over twee gemeentes. De ene helft van de bevolking moest zijn graan laten malen op de ver weg gelegen watermolen van Vierlingsbeek, de andere helft te Vierlingsbeek, Boxmeer of Sambeek.

1868: In 1868 kreeg Vortum zelf een korenmolen, een geheel zwart geteerde ronden stenen bergmolen. De molenaar heette Gerrits, familie van de molenaars te Oeffelt. 

11-02-1937: De Tijd, Godsdienstig-staatkundig Dagblad
"Molenaarsknecht tusschen kamwielen verongelukt 
Op den windmolen van den heer G. te Vortem - Mullem heeft een afschuwelijk ongeluk plaats gehad. Een zeventienjarige molenaarsknecht raakte met zijn das tusschen de kamwielen van den molen. Het lichaam werd uit elkaar gerukt. Het lijk van het slachtoffer is naar de begraafplaats vervoerd."

okt.1944 : De molen werd op het einde van de oorlog in 1944 door terugtrekkende Duitsers verwoest, na de oorlog werden de restanten opgeruimd. 

Reeds voor de oorlog had de fam. Gerrits een machinale molen gebouwd te Mullem op de tip St. Cornelisstraat en de Luinbeek. Nu bewindvoerderskantoor Kroezen en de Fam.Peeters.

Bronnen:
- "Molens in het land van Cuijk", ir. Robbert H. Verkerk, 1988. Ver. Molenvrienden Land van Cuijk. Verzameling H. van der Kaay.
- Beeldbank Brabant.