De molen zou volgens het windvaantje gebouwd zijn in 1878. Hij werd onttakeld in 1930. Molenaar Franken was de vader van Theo Franken die in 1951 de molen van Rucphen (Bosschenhoofd) kocht.

Bron: Dolen op een molen (Bosschenhoofd) in: Van haver tot gort, 1978 nr. 11.
Nico Jurgens, 26 maart 2009.

Aannemer H. Mentink was voornemens de molenromp te verbouwen tot woonhuis. De romp weer als molen te herstellen bleek financieel niet haalbaar. Helaas stortte op 8 augustus 1986 het restant in tijdens.

Eind jaren zeventig bevonden zich onder in de molenromp nog de restanten van een elektrische maalderij.
De molen was toen al in zeer slechte staat.
Er zaten geen ramen of deuren meer in, en vanaf de eerste verdieping keek je zo door het grotendeels verdwenen dak naar buiten.
Op de begane grond stond een zware eikenhouten maalstoel met een koppel 15der kunststenen. Op de steenspil een gietijzeren wiel met beukenhouten kammetjes (conisch). Op de maalas een ijzeren wiel met ijzeren kammen.
De grote houten riemschijf verdween deels in een put in de grond. De motor was toen al verdwenen, maar voor zover na te gaan, had deze op de eerste verdieping gestaan. Daar stond nog een houten koekenbreker, restanten van het luiwerk zaten er ook nog.
Verder stond er nog een steenkraan, waarschijnlijk nog uit de windmolentijd.
De spindel hiervan was verlengd, zodat, door een luik in de vloer, de loper van de maalstoel hiermee gelicht kon worden.
De laatste molenaar heette Franken.

F. Limbeek, 20 feb. 2005.