- trivia
- De constructie van de molen is als volgt:
Achtkante bovenkruier op gemetselde voet.
Kap en romp met riet gedekt.
Staartwerk hout met kruilier.
Het wiekenkruis:
Gelaste stalen roeden
Oud hollands opgehekt
De vlucht van de molen is 18 meter,
De as is van gietijzer.
Het kruiwerk bestaat uit een sleepwerk op neuten.
De molen heeft een Vlaamse vang met een vangstok en duimophanging.
Het water wordt weggemalen door een stalen schroef, diameter 1.50 m. in een betonnen schroefbak.
De molen heeft een bliksem beveiliging.
----
"Als jongens (we waren altijd buiten) van 10/11 jaar (1956/57) zaten we regelmatig woensdag middags boven in de kap deze molen om te kijken of er misschien duiven, torenkraaien of torenvalken boven in kap zaten. Je had daar een prachtig uitzicht over de velden, waar het in het voorjaar, wit van de pinksterbloemen of geel van de boterbloemen was. Allerlei gevogelte vloog rondom de molen.
Wij woonden toen in Huizum, via het "Nieuwlandsdykje" en het spoor liepen we dan dwars door de weilanden richting de Zwette en kwamen zo bij de oude molen terecht.
We konden daar niet zomaar naar binnen, de deur zat stevig op slot. We kropen dan door een met riet dichtgegroeide half droge sloot heen en wurmden ons langs de vijzel, die in de sloot stak, omhoog de molen in naar binnen toe. Binnen was het schemer duister en via gammele krakende trappen kwamen we dan boven in de kap, waar via openingen licht naar binnen scheen en de wind ons door de haren woei.
Het was een spannende bezigheid want het mocht natuurlijk niet. Herinneringen komen weer boven bij het zien van deze oude molen bijna 60 jaar geleden. Prachtig dat deze molen weer een nieuwe bestemming heeft gekregen.
Jeugdherinneringen van Sib Kooistra, 3 dec. 2015.
-----
"In 1935 ben ik bij deze molen aan de Zwette geboren.
Mijn vader is daar van 1933 - 1941 molenaar geweest. Daarnaast was hij "komelker", dit betekende dat hij er circa 5 a 6 koeien op na hield. We woonden dus in een klein huis met een grote molen. In 1940 brak de oorlog uit. Als 5 jarig jongetje kan ik mij van toen nog herinneren, dat er in mei zwermen Duitse vliegtuigen als grijze monsters over Leeuwarden aan kwamen vliegen. Er werd gezegd dat de oorlog was uitgebroken..... Ik wist niet wat dat betekende, maar aan de gezichten merkte ik dat er iets ERNSTIGS aan de hand was. In 1946 verhuisden we naar Deinum, waar hij melkvaarder werd voor de daar gevestigde Zuivelfabriek.
Vlak voordat de molen overgeplaatst werd naar de Froskepôlle, hebben we de molen nog bezocht. Ik ben nog altijd een molen-fan. Nu woon ik in een groot huis met een kleine modelmolen van dit type."
Jeugdherinneringen van Jan de Schiffart, 24 juni 2018.