bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis
Op het missive van de Gouveneur van Groningen van 21 mei 1818, letter P, nr. 238, aanhoudende aanvraag om in te zenden een opgaaf van de besluiten of sententien, waarbij de oprichting der onderscheiden watermolens in uw gemeente (Noordbroek) is toegestaan zo heeft de schout de volmachten en eigenaars geciteerd te compareren in het huis der gemeente;

1 Hierbij waren bijeengekomen Pieter A. Doornbos en Albert H. Noordhoff als volmachten van de watermolen van Noorbroeksterhamrik

2 Voorts is binnengekomen Rembt E. Hamster en Fokko I. Huisman, volmachten van de Rodetilsterwatermolen te Noordbroek, verklarende, dat deze molen was gebouwd in 1799, dat hierover geen sententie gevallen en ook geen authorisatie, in die tijd als onbekend zijnde, gevallen was;

3 idem Jan Lauwrens Steernborg, volmagt der Koorngarster watermolen, gebouwd in 1805 zonder authorisatie

4 Idem Hindrik A. van Delden en Egbert Kornelius Bouwman, volmachten van de Evenreiten watermolen, gebouwd in 1799, waarvan een contract van eigenaren van de molen is opgemaakt.

5 Idem de heer van "Veenhuizen", mr. C.H. Gockinga, die in 1805 een molentje op zijn plaats had gezet, zonder authorisatie, als niet vereist wordende.

jnjv; bron: documentatie wijlen heer Blaauw