bouwjaar
bestemming

Het opwekken van elektriciteit tot aandrijving van een complex maalwerk in de molen. 

molenmaker
Hazenberg, Briltil (1923/24)
afkomstig van
omwentelingen
geschiedenis

Deze molen is de opvolger van een op 7 december 1921 op deze plaats verbrande korenmolen. Herbouw volgde niet onmiddellijk: molenaar Schütte maalde verder met een elektromotor maar was daar kennelijk niet gelukkig mee. Vermoedelijk was hij toch teveel een echte windmolenaar.
Molenmaker Hazenberg te Briltil startte de herbouw in 1923 en maakte daarbij gebruik van achtkant en kap van de afgebroken oliemolen De Hoop te Vierverlaten. Die molen dateerde uit 1860. In de loop van 1924 moet de molen te Kropswolde maalvaardig zijn geweest.

De opleving duurde ruim 20 jaar: nadat in april 1945 een roede was 'geknapt' werd een nieuwe geklonken roede vervaardigd en dat was meteen een bijzondere: de allereerste Gorter-roede.
Evenwel moet de molen betrekkelijk kort daarna buiten gebruik zijn geraakt. Een periode van stilstand en verval volgde. Rond 1975 was de toestand zeer slecht. 

In 1977 ging de molen van J.O. Schütte in eigendom over naar E.D. Pot. Deze gaf korte tijd later opdracht om deze molen geheel te herstellen. Pot wilde de molen gaan gebruiken als hoofdonderdeel van een ambachtelijk maalbedrijf.
Bij deze veelomvattende restauratie (1979-1981) heeft men het achtkant met riet gedekt, kap met boventafelement geheel vernieuwd, kwam er zelfzwichting met fokken, een lier met rondgaande ketting, zelfs is de molenwerf iets afgegraven om de vlucht te kunnen vergroten en kwamen er ondergrondse silo's met een efficiënte inrichting. 

In maart 1981 werden de werkzaamheden afgerond en niet lang daarna kwam de molen in vol bedrijf. 12 december 1981 vond onder winterse omstandigheden de officiële ingebruikname plaats.

De molen diende het maalbedrijf van Pot vervolgens vele jaren. Pas een kleine 40 jaar later kwam de windkracht tijdelijk buiten gebruik: op 20 april 2020 werden beide roeden kaalgezet. Zij waren aan het einde van hun levensduur. 
In juni 2021 werden de oude roeden gestreken en de nieuwe gestoken. Kort daarna zijn deze voorzien van een interessant gecombineerd wieksysteem dat door mulder Pot is bedacht en door Vaags uitgevoerd (zie 'Wiekverbeteringen').

Met dit nieuwe gecombineerde wieksysteem kan in principe het koppel maalstenen worden aangedreven maar in de praktijk wekt men hier met windkracht elektriciteit op voor het maalbedrijf. Dat maalbedrijf is overigens veel uitgebreider dan gebruikelijk in windkorenmolens en ingericht als zgn. hoogmolen.

Opmerkelijk is, dat de baard hier min of meer op de koppen van de voeghouten is aangebracht; in Zuid-Nederland komt dit veel voor, maar in het noorden is dit zeer ongebruikelijk.