- bouwjaar
- herbouwd
- 1943
- bestemming
Het malen van graan, thans op vrijwillige basis.
- molenmaker
- ? (1851) G.J. ten Have, Vorden (1943)
- omwentelingen
- geschiedenis
-
De molen, die zeer lang in eigendom van de adellijke familie Van Westerholt van Hackfort bleef, is sinds 1905 gepacht en bemalen door leden van de familie Gerritsen.
Al in het begin van de 20ste eeuw bouwde men aan de noordzijde van de molen een machinekamer, waarin een petroleummotor werd geplaatst. De aandrijving ging via een lange riem van de begane grond naar de eerste verdieping. Op de eerste verdieping, de maalzolder, is nog een liggende as aanwezig die door genoemde riem aangedreven werd. Via conische gietijzeren tandwielen werd een staande spil aangedreven die door een rondsel het spoorwiel aan kon drijven. In dat geval moest de windkracht worden uitgeschakeld door het uitnemen van zeven kammen uit het bovenwiel (zodat de bonkelaar vrij rond kon draaien).
Later werd door de familie Gerritsen vlakbij de molen een maalderij gebouwd, waarna de molen geheel in onbruik raakte. Het gevlucht werd verwijderd (op foto's uit 1937 staat de molen zonder roeden) en dat leidde tot verwaarlozing en - onvermijdelijk - verval: op een zeker moment kwam de gehele stelling naar beneden.
Tijdens het oorlogsjaar 1943 besloot baron van Westerholt van Hackfort om beide molens in zijn bezit weer maalvaardig te restaureren (zie ook "Trivia"). Die restauratie werd uitgevoerd door Gerrit Jan ten Have, die het gevlucht meteen voorzag van het (later naar hem vernoemde) wieksysteem met de grote zwichtklep. Toen kreeg de molen ook de huidige ijzeren bovenas; vóór die tijd was er steeds een houten as geweest. Gerritsen maalde vervolgens weer een aantal jaren met de wind.
In 1967 en in 1974 vonden kleine herstelbeurten plaats. In 1985 voerde molenmakerij Groot Wesseldijk een uitvoeriger restauratie uit: de oude, in 1943 gestoken tweedehands Potroeden werden vervangen door nieuwe gelaste exemplaren en ook werd de stelling grotendeels vernieuwd.
Van 1983 tot 1992 maalde Frans Limbeek voor een flink aantal bakkers in de omgeving; daarna is er voornamelijk alleen gedraaid.
Opvallend in deze toch vrij forse molen: de maalzolder bevindt zich op de eerste zolder, dus ónder de stelling. De maalstenen bevinden zich op de stellingzolder en niet, zoals gewoonlijk, hoger. Tussen stelling- en kapzolder zijn er geen andere vloeren: er is alleen een zeer lange trap (met tussenplatform) naar de kap.
Op het eerste gezicht lijkt dit ruimteverspilling: de molenaar kan zijn maalgoed alleen maar kwijt van de begane grond tot de stellingzolder. Maar sommigen menen, dat deze indeling niet alleen maar nadelig is: voordeel van zo'n laaggeplaatste maalzolder is, dat de molenaar relatief gemakkelijk contact met de begane grond en dus de klanten had. Aannemelijk is daarom, dat op deze molen voornamelijk aan loonmalen werd gedaan en daarom vrijwel nooit sprake was van voorraad.
Een technisch detail: het Ten Havesysteem wordt hier niet bediend met een zwichtstok, maar door middel van een wiel met tandheugel en rondgaande ketting.
Eigenaren van deze molen:
B.F.L. baron van Westerholt van Hackfort en A. baron van Westerholt van Hackfort (1851 - 1857)
A. baron van Westerholt van Hackfort (1857 - 1879)
B.F.W. baron van Westerholt van Hackfort (1879 - 1934)
A. baron van Westerholt van Hackfort (1934 -1960)
Gemeente Vorden, later gemeente Bronckhorst (1960 - 1999)
Stichting Vordense Molens (1999 - heden) -
Molen 00909 Hackfortsche Molen / Op 't Hoge (Vorden)
Peter Wassink (06-08-2022)
Bovengenoemd wiel met tandheugel en rondgaande ketting.