Voor de droogmaking van deze polder werd octrooi verleend op 8 oktober 1646.

1655:
De droogmaking van deze polder werd rond 1655 voltooid, de polder werd tot 1924 op windkracht bemalen door 7 molens.

1924:
In 1924 kreeg de gemeente Moerkapelle aansluiting op het elektriciteitsnet waardoor men kon overgaan op elektrische bemaling. Er werd een nieuw gemaal van 120 pk gebouwd.
1925:
In 1925 werden de molens gedeeltelijk gesloopt die daarna voor bewoning van oud-molenaars en hun nazaten bleven staan.

De molens 1 t/m 4 vormden een schepradgang.
De molens 5 en 6 vormden een vijzelgang.
Het water wordt via de Grote Duikertocht (voor de schepradgang) en de Kleine Duikertocht (voor de vijzelgang) naar de molens getrokken. De Zwarte vaart verbindt ze met de poldersloten.
De 7e molen (De Platluis) , ook wel hulpmolen genoemd, bemaalde het lagere deel van de polder ten oosten van de Middelweg. De molen stond aan de Grote Duikertocht, tussen de Middelweg en de Oostkade.
Molen Nr. 8 heeft slechts enkele jaren dienst gedaan op de Moersedijk.

Molen no. 1, ondermolen, was de grootste van de polder.