bouwjaar
verdwenen
gesloopt
eigendomshistorie

Vanaf 1833 was Arie Cozijn de molenaar op de Meerkreukmolen. 

De op 23 november 1840 geboren zoon Tinus Cozijn volgde in 1868 zijn vader op als molenaar.

De laatste molenaar was Jan Cozijn (geb. 1 januari 1872) die zijn vader Tinus Cozijn opvolgde.

geschiedenis

De molen uit 1832 (1828 volgens T. de Mattos dl. 1, maar hij staat dan nog niet in het kadaster van 1832) bemaalde samen met de nog bestaande Moppemolen de Veender- en Lijkerpolder buiten de Bedijking onder Alkemade en Woubrugge, een niet zo grote polder, die toch twee molens had, beide achtkanten. Het bemalingsgebied van deze polder omvat ruwweg het dorp Roelofarendsveen.


Na het overlijden van Tinus Cozijn op 29 november 1902 nam diens zoon Jan de functie over. Oudste zoon Arie Cozijn kwam op de Zwanburgermolen te Warmond (Tenbruggencatenummer 01792), nu nog bekend als de Molen van Cozijn.

 
In 1924 werd de Meerkreukmolen gesloopt en daarna bediende Jan Cozijn het gemaal dat ervoor in de plaats was gekomen.
Bron: website Familie Cozijn   door Hans van Ulden.


Volgens door mij ingewonnen informatie werd de Meerkreukmolen op 24 januari 1832 aanbesteed, en was hij op 15 oktober 1832 bedrijfsvaardig. Arie Cozijn (geb. 30-09-1795) kreeg in 1833 een aanstelling als molenaar op de nieuwe Meerkreukmolen in Oude Wetering en bleef dat tot zijn 73e jaar. Arie overleed in 1872.
In 1924 werd de molen stil gezet en afgebroken. De laatste molenaar was Jan Cozijn (geb. 1 januari 1872).
Vóór Jan Cozijn was Tinus, zijn vader, molenaar en Tinus was mijn overgrootvader van moederskant.
Hans van Ulden, 27 augustus 2009.

nog waarneembaar

Gemaal op voormalige molenplaats.