De molens van de Verzette Gang stonden tijdens de droogmaking van de Purmer aan het andere einde van dezelfde molentocht, bij de oostelijke ringdijk noordelijk van het Stinkevuil.
Omdat de polder niet goed droog gehouden kon worden, besloot het polderbestuur op 6 juli 1627 de molens te laten onderzoeken door drie molenmakers. Als gevolg hiervan werden drie molens verzet van de oostelijke naar de westelijke ringdijk. Het was toen niet meer nodig de bouw van de molengang te starten langs de dijk, daarom is deze gang de enige die geheel in het verlengde van de tochtsloot lag.
Vanaf 1833 werden de Purmer-molens vervijzeld, alleen de middelmolen van de Verzette Gang bleef tot de sloop in 1909 een schepradmolen. Ze verdwenen in 1909 na de uitbreiding van het stoomgemaal aan de noordelijke Purmerdijk.