- bouwjaar
-
circa
- verdwenen
-
verbrand
- voorganger
- geschiedenis
-
De molen werd rond 1700 gebouwd als vervanger van een oude standerdmolen.
Op 29 april 1733 kocht Thomas Claasz Schoorl, molenaar van de de Oosterkorenmolen (molen 06659 e), een kwart deel van de Noordermolen. Jacob Sluys kocht eveneens een kwart, beiden betaalden ieder ƒ 2900. Schoorl betaalde zijn deel contant. Op 13 mei 1735 kocht hij in de buurt van de molen een huis en erf "aan de Hoornse straat" voor ƒ 1100 contant.
Het overlijden van Schoorl werd aangegeven op 12 juni 1750. Na het overlijden van zijn weduwe Neeltje Warmenhuysen (aangifte 4 september 1782) verkochten de erfgenamen op 13 december 1782 de aandelen in beide molens te Purmerend.
In 1757 is de koningsspil gespleten door blikseminslag, er is toen geen brand uitgebroken. Eigenaren waren toen: Neeltje Warmenhuysen, Jan en Willem van Alphen en Jan Wessels.
In 1785 zijn twee roeden gebroken, waardoor de stelling en het rietdek werd beschadigd.
Rond 1800 was Joris eigenaar/molenaar, daarna zijn weduwe Maartje Kruithof en zoon Leendert Molenaar.
In 1868 was Matthias van der Lee eigenaar (ook betrokken bij De Nachtegaal in de Beemster (molen 00243), daarna 1879 Jacob Tol en daarna 1881 Nicolaas Groot. De laatste eigenaar van deze molen was de heer N. de Leeuw. Op 31 maart 1882 kreeg molenaarsknecht Jan Appel een zilveren medaille uitgereikt door het Departement Purmerende der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, wegens 40-jarige getrouwe plichtbetrachting in dezelfde zaak (bron: P.C. 2 april 1882).10-02-1884: Advertentie in de Purmerender Courant
"Notaris N. Doncan zal publiek verkoopen: Een in volle werking, goed beklanten achtkanten WIND-KORENMOLEN, waarin drie koppelsteenen, builmachine, poetsmachine en lijnzaadpletter, met stalling voor 2 paarden, hooi- en strooberging, alles suffisant onderhouden, benevens erf, zeer gunstig staande en gelegen te Purmerend, Kad. Sectie C. No. 71, groot 2 aren, 20 centiaren."
Al in 1884 werd de molen wederom getroffen door een blikseminslag. De schade beperkte zich tot een beginnende brand op de derde zolder, welke volgens de Purmerender Courant van 23 juli door werkvolk werd geblust. Volgens de Purmerender Courant van 10 juli 1887 zou de molen op 22 juli nogmaals publiek verkocht worden.15-09-1903: De Maasbode
Te Noordwolde is de woning van Oort getroffen en ook in de asch gelegd. Hetzelfde lot trof een meelmolen te Purmerend.
In de nacht van 11 op 12 september 1903 was de bliksem weer raak, toen brandde de molen volledig af. De laatste molenaar was Gerrit van der Lee.
Volgens Molens in Noord-Holland in oude ansichten, 1980 verbrandde de molen op 3 september 1903.
Bronnen ondermeer:
- "De Langedijker korenmolen en zijn eerste particuliere eigenaar", artikel door H. Schoorl in "West-Friesland Oud en Nieuw" 1981. Met dank aan H. van der Kaay.
- "Verdwenen korenmolens in Purmerend", artikel door Jack Otsen in "Nederlandse Historiën" 1995 nr. 1. -
Molen 01056 m De Noord (Purmerend)Foto: n.n.Molen 01056 m De Noord (Purmerend)Foto: J.D. Schuitemaker, kaart van 1915
Collectie M. HooijbergMolen 01056 m De Noord (Purmerend)Ansichtkaart, 1898 ca, coll. V.Mepschen