bouwjaar
verdwenen
onttakeld
geschiedenis

Dit is de molen van het deel 'Westbroek' van de 'Oost- en Westbroekpolder' onder Zoeterwoude, een polder met twee schepradmolens.

1900: Deze molen werd in 1900 gebouwd ter vervanging van een toen afgebroken wipmolen. In mei 1899 bleek dat herstel van de oude molen ƒ 2280,= zou gaan kosten. Een delegatie van het polderbestuur ging echter bij molensloper J.B. Thobé in Dordrecht op bezoek, en kocht daar een gebruikte achtkante molen voor ƒ 900,=. Waarschijnlijk was de molen voordien één van de molens van de Nieuwkoopse Droogmakerij (dbnr. 8125), waarmee Thomé ondermeer in 1898 in De Molenaar adverteerde. De geteerde wipschepradmolen werd daarom vanaf 14 april 1900 wegens slechte staat afgebroken, en vervangen door de achtkante molen. 

Omdat de achtkante molen groter was moest de fundering worden vergroot, de totale kosten werden begroot op ƒ 4970,=. In de zomer van 1899 werden de molenonderdelen door Kees van Heteren vervoerd naar zijn timmerwerkplaats aan de Weipoortseweg en opgeslagen bij de buurman, 's winters werd de molenromp pasklaar gemaakt. Vanaf 14 april begon de sloop van de wipmolen, het aanpassen van het metselwerk, de wielbakken en de pothuismuur. Verder werden de oude wipmolenroeden verlengd en het erf opgehoogd met gebruik van de oude stijlen als beschoeiing. In het najaar van 1900 was de molen gereed en bleek de operatie bijna ƒ 6000,= te hebben gekost.

Het scheprad had een diameter van 5,80 m. De waterlopen waren (zijn?) merkwaardig geconstrueerd: het water liep min of meer in een S-bocht onder de molen door.
Op de kadasterkaart 1811-1832 is te zien dat dit ook bij de wipmolen al het geval was. Volgens Middeleeuwse watermolens in Hollands polderland, A. Bicker Caarten, 1990, had deze constructie ten doel het water in de stroomrichting van de watering uit slaan om de tegenoverliggende kade te sparen.

De molen werd in 1932 onttakeld.

In de jaren '70 is wel gesproken over completering tot molenromp met wieken en elektrische of diesel-hulpbemaling, maar later is er weinig meer over gehoord. Wèl is dit molenrestant in prima staat en wordt ook goed onderhouden.

Bronnen ondermeer:
- Middeleeuwse watermolens in Hollands polderland, A. Bicker Caarten, 1990.
- Suetan 2008 nr. 150, orgaan St. Oud Zoeterwoude.
- De molens van de Oost- en Westbroekpolder (3), art. door Jan van Gent in Suetan nr. 154, nov. 2009
Beide verzameling H. van der Kaay.

zie ook artikel: Molenwereld, nr 151 sept 2011 blz 312 tm 317

nog waarneembaar

Woonhuis in molenromp