bouwjaar
bestemming

Vh. bemalen van de Zandwijkse polder, thans buiten bedrijf

molenmaker
?? (1699) Fa. Beijk, Afferden (2009)
omwentelingen
geschiedenis

Ten oosten van de snelweg A27, een halve kilometer NO van de vroegere Uppelse Dijk (nu Provinciale Weg Noord), staan vlakbij elkaar middenin het polderland twee vrijwel identieke, sober zwart geteerde, wipwatermolens: de Zandwijkse en de Uitwijkse molen. Om wederzijds voldoende windvang te garanderen, heeft men ze indertijd zo'n 200 meter uit elkaar geplaatst.

De Zandwijkse molen dateert uit 1699. Dit jaartal komt ook voor op het kokervulstuk en het bovenzetelstuk. De Zandwijkse molen bemaalde zijn 405 ha. grote polder niet alleen, maar deed dit tezamen met een diesel-schepradgemaal. Dat was in 1927 gebouwd op de fundering van de toen gesloopte Uppelse molen.

Twee keer, direct na de Tweede Wereldoorlog én na de watersnoodramp van 1953, maalde deze molen zijn ondergelopen polder weer droog. De Zandwijkse was nou eenmaal voor zijn taak berekend. Om dat laatste goed uit te kunnen blijven voeren, heeft men nog in 1953 een onderwiel en -rondsel uit een gesloopte Leerdamse wipmolen aangebracht. Gelijktijdig werd toen een kleiner bovenrondsel geplaatst.

In oktober 1961 brak tijdens het malen de binnenroede. Deze werd onmiddellijk vervangen door een tweedehands buitenroede, afkomstig van de in 1956 onttakelde korenmolen 'De Klomp' te Zeist.
Of deze roedebreuk bijgedragen heeft tot de buitengebruikstelling, is niet helemaal duidelijk, maar 28 oktober 1961 is voor de Zandwijkse vermoedelijk de laatste echte maaldag geweest.

De ruilverkaveling in het land van Heusden en Altena (die duurde van 1962 tot en met 1965) leidde tot demping van voorboezem en achtervliet, waardoor het onmogelijk werd, nog water uit te slaan.

In 1972 werd een rondmaalcircuit gerealiseerd en kon de molen, die inmiddels elf jaar had stilgestaan, weer water uitslaan. Deze molen staat tegenwoordig op een soort langgerekt eiland, waar het water via een brede watergang omheen stroomt als het scheprad in werking wordt gezet. Een Bosmanmolentje zorgt ervoor dat het waterpeil in het circuit op peil blijft.zetten.
Op deze manier kan de molen water blijven verzetten.

In 2004 moest de molen worden stilgezet vanwege de slechte staat van bovenhuis en kokerbalken; daarnaast was ook de koker zelf slecht en moest tenminste één van de roeden worden vervangen.
Het heeft een tijd geduurd voordat het tot restauratie kwam van deze fraaie en zeer goed bewaard gebleven molen. Vermoedelijk terecht neemt men hier aan, dat het bovenhuis nog grotendeels uit het bouwjaar 1699 dateert. Om die reden wilde men zeer zorgvuldig herstel en zo min mogelijk vernieuwing van constructiedelen.
In het voorjaar van 2009 viel daartoe de beslissing; 11 september dat jaar werden de roeden gestreken als symbolisch begin van een zeer noodzakelijke restauratie.

In de zomer van 2011 was het werk zover gevorderd, dat de molen uit de steigers kon. De meeste balken zijn behouden; enkele balken van het stormeind zijn vernieuwd, evenals de voegburrie en de korte spruit. Het betrof hoofdzakelijk jongere balken. Andere balken konden worden gerepareerd. Na het herstel werd het oude, geteerde, beschot weer aangebracht. Van de toren werden een gedeelte van het boventafelement en de onderzetel vernieuwd. Op 13 oktober 2011 werden de roeden opnieuw gestoken. De molen kan weer malen, al blijft dat uiteraard in circuit.
Met deze aanpak heeft men de authentieke sfeer in en om deze molen zoveel mogelijk behouden.

Begin 2021 kreeg de ondertoren een geheel nieuw rietdek.