In 1797 bouwde de firma J.C. Gebhart en Compagnie (participant de Elburgse huisarts Dr. C. van Manen) een nieuwe stellingmolen "ter plaatse waar tevoren zodane molen heeft gestaan".


04-08-1807: Oprechte Haarlemse courant
Te Elburg bij toeval uit de hand te Koop , de welgesitueerde nieuwe dubbeld werkende WIND- OLIE-MOLEN. DE COMEET met deszelfs Pakhuizen en Knegts Woningen, staande aan de' Haven; adres bij de fungerende Boekhouder, 


21-07-1808: Oprechte Haarlemse courant

Een vry-Gezel, Attestatie van zijn kunde en goed gedrag produceerende, word als MEESTER-KNEGT gevraagt op de Olie-Molen te Elburg.


Rond 1816 was de oliemolen van de dokterszoon R.O.H. van Manen, die van 1820 tot 1852 burgemeester was. Toen heette de molen De Star.

10-04-1817:  Opregte Haarlemsche Courant

De Notaris HOEFHAMER, zal op Maandag den 5 Mei 1817, In het Logement de Haas, te Elburg, bij finalen Toeslag Verkoopen: Een zevende Part in de OLIE-MOLEN DE STAR, aan de Haven te Elburg.  Alles uit de Nalatenschap van Mevrouw VOS, Geb. ALPHERTS. Nadere informatie bij den Notaris voornd., ten zijnen Kantore binnen-Elburg.

Omstreeks 1827 nam A.J. Krudop de molen over en veranderde de naam in De Komeet. Krudop was van 1852 tot 1867 burgemeester.

Op 20 juni 1866 werd de molen publiekelijk geveild, tegen 1900 werd hij afgebroken.

Bron: Molenboek Oudheidkundige Ver. Arent thoe Boecop, 1991. Verzameling H. van der Kaay