trivia

Volgens de boekhouding van zeilmakerij Wouda te Meppel werden er voor deze molen zeilen gehuurd van de periode 1874 tot 1930. Er werden zeilen gehuurd voor een molen met een vlucht van 75 voet.

Waarschijnlijk is hier in Drenthe gebruik gemaakt van de Amsterdamse voet, deze is ruim 28 cm. Andere maten zijn de Utrechtse stadsvoet (26,8 cm), de Friesche koningsvoet (32,6 cm), en de latere Friese of Deventer houtvoet (29,5 cm)

Er werden geen zeilen gehuurd via Wouda in 1925 - '26.
-----

Begin 17e eeuw beweerde kapitein Antony Polman het recht van de wind van de 'Monneke Mohlenbergh', de molen van Ruinerwold, in erfpacht te hebben ontvangen van het landschap Drente. Op grond hiervan meende zijn broer Joost Polman een molen te mogen bouwen in Ruinen (zie Tenbruggencatenummer 17121), maar hij kwam daardoor in aanvaring met de Heer van Ruinen, die daar zelf ok al een molen bezat.
Bronnen:
- "Afhankelijk van mijnheer den wind. De verdwenen molens van Ruinen, Echten, Pesse en Ansen", Bertus Mos, Jan Tissing (in herinnering) en Henk Tissing. Stichting het Drentse Boek 2014, blz. 16.
- de transcriptie van de oorspronkelijke bron.

Het is ons niet bekend of deze vermelding betrekking heeft op deze molen of op een voorganger. In de nabijheid liggen tegenwoordig de straatnamen Munnikenland en Molenbergh, dus het gaat wel om deze locatie.
Red.