overbrenging

Bovenwiel 65 kammen
Bovenbonkelaar 33 kammen, steek 11,2 cm.

Volgens bouwbestek:
Onderwiel 47 kammen
Vijzelwiel 44 kammen
De overbrengingsverhouding was indertijd dus 1 : 2,10.
De houten vijzel had een diameter van 1,65 meter en drie gangen.
inrichting

Het gaandewerk bestaat uit een bovenwiel + bonkelaar. Via een lange spil wordt in de kelder een generator aangedreven die elektriciteit opwekt.
Woning in de molen.