bouwjaar
bestemming

Bemalen van de lage boezem van de Nederwaard, thans op vrijwillige basis; woning

molenmaker
Pleun den Braanker, Papendrecht (1738)
omwentelingen
geschiedenis

De bouw van deze molen werd aangenomen door Pleun den Braanker uit Papendrecht voor ƒ 9300,--.

Van oudsher heeft deze molen scheef gestaan, mogelijk al sinds 1738, toen de molen goed en wel klaar was. In het verleden heeft men twee keer getracht, daar iets tegen te doen. Eerst rond 1800, toen zo'n 20 cm. in het metselwerk (aan de noordkant, het diepste punt) werd gecorrigeerd en nogmaals rond 1880, toen de kruivloer zo'n 15 cm. werd uitgevuld. Ook heeft men om deze reden het spilkalf een keer verzet.
Het hielp allemaal niet veel: vooral het kruien was bij deze molen vanouds lastig. Zo was een extra bezetketting nodig om te voorkomen dat de kap, tijdens het 'uitlopen' van de kruiketting, vanzelf intussen weer naar zijn diepste punt zou rollen!

Tussen 1846 en 1946 was dit de peilmolen van de Nederwaard. In 1863 kwam er een extra watertoevoer, namelijk een tweede goot die vooral bij sterke wind enorm voordeel biedt: er ontstaat geen verhang en de molen blijft vrijwel onbeperkt water geven. Het onderwiel is voorzien van dubbele kruisarmen (mogelijk is dat gedaan als gevolg van die tweede waterloop).
Bijzonder is ook, dat de lange en korte spruit en zelfs twee kapspanten van metaal zijn: alles speciaal voor deze molen vervaardigd door de fa. Pot.
Bij het vervangen van de houten as door een gietijzeren exemplaar werd de oude penbalk niet verwijderd en deze zit er daarom, thans geheel onnut, nog steeds.

Na 2000 is er veel aan de molen vertimmerd: van december 2002 tot juli 2003 vangstukken vernieuwd, bovenwiel geschrooid en voorzien van een nieuw voering, spantring, kapzoldervloer, achterste kapspant, kruirad, windborden en enkele ramen nieuw. In 2004 vervanging van de bovenwielkammen en rietdekwerk. In november 2006 werd de kuip voor driekwart vernieuwd; apart is, dat deze molen nog een houten kuipband bezit, welke bij de restauratie is gehandhaafd (n.b. dit komt ook voor bij de Nederwaard nr. 7). Ook kwam er nieuwe houten beschoeiing langs de voorwaterloop, ook bijzonder, want bij de overige molens is deze in basalt uitgevoerd.
In 2008 zijn enkele kenmerkende elementen weer in oude luister hersteld, zoals het kippeschuurtje, buitentoilet, de pottenbank en de boenstoep. Al in 2004 was hier een 'Alblasserwaardse spin' geplaatst, een oud type speelmolen, dat in vroeger tijd veelvuldig in deze streek gezien werd.

De scheefstand bleef hier echter hét probleem. Op een zeker moment kon men daar niet meer omheen: in oktober 2010 werd gestart met een omvangrijke en kostbare restauratie, die rechtzetting van de molen, herstel van beide waterlopen, herstel van gaandewerk, kap en woning behelsde. Daartoe werd de molen geheel onttakeld en van binnen min of meer 'gestript'. 
In juli 2011 stond de molen, mogelijk voor het eerst, recht, wat in dit geval wilde zeggen: men heeft de scheefstand van 4.5 graad teruggebracht naar ongeveer 2 graden, wat de situatie van rond 1900 was. Voordeel hiervan was dat er vrijwel niets gesloopt of aangepast hoefde te worden aan zolders en kruivloer. De molenromp rust thans in zijn geheel op een betonnen plaat.
In augustus 2011 werd de kap, die intussen op de grond van nieuw riet was voorzien, herplaatst. Ook werd gewerkt aan vernieuwing van de waterlopen. Op 28 november werden twee nieuwe roeden gestoken. Deze konden, omdat de molen veel minder scheef was komen te staan, weer in de oorspronkelijk bedoelde lengte van 28,10 meter worden uitgevoerd.
Op maandag 20 augustus 2012 werd proefgemalen; op dat moment was de molen alweer bewoonbaar.

Het scheprad zat op een tasting van 2.05 –NAP (de molen had zichzelf namelijk al scheefzakkend verdiept) maar staat  nu op 1.88 -NAP, in totaal is het scheprad dus zo'n 17 cm. gerezen. Hiermee is dit niet langer de grootste watergever van de Nederwaard (er is overigens nog ruimte op de koningspil om het onderschijf te laten zakken).
De molen die de rol van molen 5 heeft overgenomen en nu diepste tasting heeft is molen 7, met een tasting van 1.92 –NAP.

In de vroege zomer van 2023 kreeg deze molen een opmerkelijke schilderbeurt: koppen van voeghouten en steunder en ook de windpeluw werden in zwart uitgevoerd en de baard kreeg een iets andere witte kleur, zónder bies. Al met al om dichter bij de kleurstelling van vóór 1940 te komen, de tijd dat deze boezemmolens nog in vol bedrijf waren.

Meer over de geschiedenis van de boezembemaling van de Nederwaard is te vinden bij Nederwaard Nr. 1

Zoals in het artikel bij molen Nr. 1 is te lezen, besloot men in december 1940 vanwege de oorlogsomstandigheden de acht Nederwaardmolens weer maalvaardig te maken. Op donderdag 5 juni 1941 maalde deze molen na ruim 13 jaar stilstand na een flinke opknapbeurt voor het eerst weer bij een matige noordenwind.