bouwjaar
verdwenen
1936 onttakeld voor 1961 restant met gemaal afgebroken
geschiedenis
Krachtens octrooi van 1768 werd de bedijking van de Hoorn- en Burgpolder ondernomen. Deze heeft slechts tot 1796 stand gehouden. Toen in dat jaar de dijk was doorgebroken, werd de polder verlaten en hebben de gronden na die tijd weer met de zee gemeen gelegen.

Dezelfde polder werd in 1846 en 1847 opnieuw bedijkt als de Prins-Hendikpolder, krachtens concessie verleend bij Koninklijk besluit van 17 april 1846 no. 2.

Ongeveer in het midden van de zeedijk was een uitwateringssluis en een molenkolk/spuikom, waarop het polderwater werd uitgemalen door de vijzelmolen. Bij laag tij kon het water door een sluis aflopen op de Waddenzee.

Op de topografische kaart van 1918 staan kolk en molen nog aangegeven, later werd hij onttakeld en tot op de helft van het achtkant afgebroken.

In 1936 stond er in de molenstomp een ruwoliemotor van 50 pk met centrifugaalpomp, waterverzet ca. 65 m3 per minuut. Vanaf de top. kaart van 1961 is dit alles vervangen door een elektrisch gemaal aan de zeedijk, nu Prins Hendrik Gemaal, en was de molenkolk gedempt. De plas een perceel noordelijker, op de kaart als Molenkolk aangeduid, lijkt niets met de voormalige bemaling te maken te hebben.

Bronnen o.a.:
- "De zeeweringen en waterschappen van Noordholland", Mr. G. de Vries Azn., 1864.
- "De zeeweringen en waterschappen van Noordholland", derde uitgaaf, D. Kooiman, 1936.
-----

Het Nieuws van den Dag, kleine courant, 9 jan. 1904:
"De Heer C. Dogger Kz., watermolenaar van den Prins Hendrik-Polder op Texel, heeft onder vele blijken van belangstelling zijn zilveren dienstfeest mogen vieren."
[Cornelis Dogger, beroep watermolenaar, geb. 9 maart 1836.]