bouwjaar
herbouwd
1755 / 1954
bestemming

Vh. het malen van graan, thans buiten bedrijf; oefenlokaal

molenmaker
?? (1755) Fa. Beijk, Afferden (1954)
omwentelingen
geschiedenis

Op verzoek van Jacobus Slabbert en andere boekweitmaalders in de stad verleende de Rade der Stad Middelburg in 1736 toestemming om tussen de Vlissingsche en Lange Viele Poorten een nieuwe pelmolen met woning te bouwen met de bepaling een jaarlijkse accijns van twee Ponden Vlaamsch te betalen. In eerste instantie telde deze hoge pelmolen acht verdiepingen.
Op 17 september 1753 brandde de molen uit, waarna in 1755 het bovengedeelte werd hersteld. Een boven de noordelijke deur ingemetselde sluitsteen herinnert hieraan.

Als gevolg van deze brand is deze molen vervolgens iets lager herbouwd, zo is beweerd. De proporties van romp en met name de buitengewoon grote kap lijken dit te bevestigen. Als dit inderdaad klopt zou de in 1753 uitgebrande pelmolen een vlucht moeten hebben gehad van 29 meter! 
 
Nadat drie geslachten Minderhout eigenaar waren, was de molen tussen 1919 en 1925 in bezit van NV Zeeuwsche Meelmolen en daarna tot 1940 van NV Zeeuwsche Meelmolen Middelburg-Amersfoort.
Tot 1920 werd op windkracht gemalen met vier koppel 17der stenen, daarnaast waren er onder de maalzolder twee pelstenen en had de molen ook twee builen. 

In 1920 werd "De Hoop" geheel uitgebroken en omgebouwd tot mechanische bloemfabriek. Later werden elektrische machines voor bewerking van peulvruchten toegevoegd: de erwtentrieur en de glanstrommel op de begane grond en alle machines op de laagste drie zolders werden aangedreven door een 20 PK elektromotor. Op de begane grond stond nog een mengmachine met 10 PK elektromotor en een buil met 5 PK elektromotor. Ook waren vijf elevators aanwezig.
Het in 1920 gesloopte gaandewerk werd door de Middelburgse molenmaker De Troye voor een klein deel hergebruikt in 'De Hoop en Verwachting' te Borssele.

Eigenaar A. van Stolk deed in 1940 de molen over aan N.V. d'Blaauwe Molen in Rotterdam, waarna in 1948 de gemeente eigenaar werd. Dat laatste was ook meer dan noodzakelijk: in mei 1940 had een groot deel van Middelburg en daarbij ook deze molen, zware oorlogsschade opgelopen.

Herstel van 'De Hoop' werd in 1954 goed aangepakt, zo liet men de aanbouw met alle machines en twee rond 1920 geplaatste grote silo's, verwijderen. Voor de molen zelf zat er op dat moment niet meer in dan een restauratie 'voor het oog': zo werd het kruiwerk (met ijzeren rollen) vervangen door houten blokken, waardoor er niet meer kon worden gekruid.

Tot maart 1968 was de molen verhuurd aan een graanbedrijf. Daarna gebeurde er geruime tijd niets, al raakte de molen niet meer in verval.

In 1988 is de molen draaivaardig gerestaureerd met nieuwe kap, gevlucht, bovenwiel, vang en kruiwerk. In 2002 werd de gehele stelling vernieuwd. Eind 2006 werd, net als bij 'buurman' de Seismolen, de begroeiing rondom flink aangepakt: er is behoorlijk gekapt en gesnoeid. 'De Hoop' is nu ook van alle kanten goed te zien. In maart 2017 werd een nieuwe buitenroede gestoken.

De onderste gedeelten worden gebruikt als oefenruimte voor een plaatselijke harmoniekapel.

Opmerkelijk: de kruivloer hier is in beton uitgevoerd, wat toch uitermate zelden voorkomt.