bouwjaar
herbouwd
1999
bestemming

Vh. het malen van graan, thans buiten bedrijf; woning.

molenmaker
Cornelis van Chaam, Zevenbergen (bestek en/of uitvoering 1841) Fa. Beijk, Afferden (1999)
omwentelingen
eigendomshistorie

Woningbouwcorporatie 'Brabantse Waard' was eigenaar sinds 1-01-2011, sinds maart 2017 is er een nieuwe particuliere eigenaar. Inmiddels is de molen weer verkocht. 

geschiedenis

In 1841 lieten de gebroeders Mol een windmolen met stelling bouwen voor het malen van koren en oliehoudende zaden.
Begin 20ste eeuw kwam er een motor in de molen om ook bij windstilte te kunnen malen.

In 1938 werd er vanwege de windbelemmering geheel overgeschakeld op motorbemaling, vervolgens werd de stelling verwijderd.
Uit strategisch oogpunt gelastten de Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog de eigenaar om kap en wieken te verwijderen. Daarna werd nog tot 1950 op motorkracht gemalen door de laatste molenaar, Willem Damen.

Na een lange periode van stilstand en verval kocht de gemeente Zevenbergen in 1969 de resterende molenromp. Pas acht jaar later werd deze op de lijst van Rijksmonumenten geplaatst.

Restauratieplannen kwamen in een stroomversnelling toen de Toonders Groep de molen in 1989 aankocht. Toch duurde het nog ruim tien jaar voor de complete restauratie voltooid was.
In 1996 startte eigenaar Wim Toonders met het rechtzetten van de circa 20 cm. verzakte stenen romp. Om ruimte te maken voor het opvijzelen van de romp moest het bakhuis aan de achterzijde van de molen verdwijnen. Van de ongeveer ƒ 1.000.000,-- kostende restauratie droeg de overheid ongeveer de helft bij.

Na zeven jaar voorbereiding werd in oktober 1997 het molenwerk - de kap en twaalf halfronde kozijnen - uitbesteed aan molenmakerij Beijk uit Afferden. Een plaatselijke aannemer nam het metselwerk voor zijn rekening.
Na het opmeten van de gehele constructie stond de molen bijna een jaar lang in de steigers om de stenen schoon te maken en de voegen te herstellen. Er werden veel stenen van een gesloopt klooster uit Aardenburg verwerkt.
Vervolgens werden vijf nieuwe zolders met grenen vloerdelen geplaatst. In december 1999 is de tijdelijke kap vervangen door een met mastiek beklede molenkap met een fraaie koperen regengoot. Daarna is de molen verder uitwendig gecompleteerd.
In maart 2000 draaide het wiekenkruis voor het eerst. 

De molen is alleen draaivaardig hersteld en dat is in de kap duidelijk te zien: het bovenwiel heeft geen kamgaten en verder ontbreekt, zeer opmerkelijk bij een bovenkruier, een ijzerbalk.