bouwjaar
onb.
bestemming

Bemalen van de polder Giessen-Oudebenedenkerk en Molenaarsgraaf, thans op vrijwillige basis

omwentelingen
eigendomshistorie

De SIMAV is eigenaar sinds 1968, daarvoor was dat de polder Giessen-Oudebenedenkerk en Molenaarsgraaf

geschiedenis

Dit is de enig overgebleven molen van de polder Giessen-Ouderbenedenkerk. Een oorspronkelijk bouwjaar van deze molen is niet echt bekend. Over bouw en vroegere herstellingen weet men weinig: 1655 wordt wel als bouwjaar genoemd, maar ongetwijfeld gaat het dan over een opvolger van een wipmolen die daar al eerder stond. Dat bewuste jaartal staat vermeld in een sluitsteen in de toog boven de waterloop, op zich geen aanwijzing dat het om het bouwjaar van een complete molen zou gaan (want het kan evengoed wijzen op groot herstel aan die waterloop alleen).

Onderzoek in het polderarchief wees uit dat in 1891 een andere wipmolen van deze polder, genaamd De Kraak, werd onttakeld en dat bij die gelegenheid het onderwiel (en waarschijnlijk dan ook het onderschijf) van deze molen vervolgens naar de Middelmolen verhuisden.

Sinds 1968 is deze molen eigendom van de SIMAV. Enige tijd nadat deze molenstichting als eigenaar optrad is een restauratieplan opgesteld dat in 1974 op ƒ 190.000,-- werd begroot.

In 1976 ontving de molenmakerij vh. fa. J. de Gelder b.v. te Arkel de opdracht. Het karwei bestond in hoofdzaak uit het aanbrengen van een nieuw wiekenkruis, kap (inclusief daklijsten) en stormbint, staart, kozijnen, ramen en deuren, rietdek op de ondertoren, bladen van het scheprad en herstellingen aan het metselwerk.
Na dit omvangrijke karwei werd de molen op 25 september 1978 weer in gebruik gesteld. De totale kosten kwamen uit op ƒ 322.762,--.

Vóór de restauratie was het stormbint van de molen beplankt met verticale delen (net als bij de verdwenen Zuidmolen van dezelfde polder en bij de vroeger eveneens nabijgelegen Westeindse Molen van de polder Molenaarsgraaf). Tijdens de restauratie werd dit gewijzigd in de voor deze streek meer gangbare methode van het in visgraatverband aanbrengen van gepotdekselde delen, waardoor het doorslaan van regen door de planknaden beter wordt voorkomen. Toch is het jammer dat het oorspronkelijke beeld van de molen hierdoor is gewijzigd.

In 1981 stortte een flink deel van het metselwerk van de achterwaterloop in; dit werd spoedig hersteld. In 1998 was ingrijpend werk nodig aan de bovenzetel en enige muurplaten.
In 2009 onderging de molen een restauratie waarbij de waterloop werd hersteld, de vang vernieuwd en het gevlucht gerepareerd.

Los van alle gebruikelijke herstelproblematiek blijft dit een prachtige wipmolen waarvan iedereen kan begrijpen waarom die zo lang in bedrijf is gebleven: goed gemaakt maar vooral ook bijzonder goed in de wind!