bouwjaar
bestemming

Vh. het malen van graan, thans buiten bedrijf

omwentelingen
geschiedenis

De molen werd in 1832 gebouwd als vervanger van een afgebrande standerdmolen.
Aanvankelijk werd op de molen gewerkt door de uit Uden afkomstige muldersfamilie Van Beckum.

Bij notaris Gervers te Schaijk passeerde op 2 april 1913 een acte: Hendrikus Gijsbertus Poos verkocht te Reek voor ƒ 5850,-- een windgraanmolen, met aangrenzend pakhuis en land groot circa 8.45 are C 3 en D 739 en Z.O. deel van D 749 aan Johannes Arnoldus van den Hoogen te Schaijk.

De laatste vakmolenaar hier was Johannes Josephus (Jan) van den Hoogen, zeer waarschijnlijk een zoon van degene die in 1913 de molen kocht. In 1942 liet hij zijn molen nog sterk moderniseren met het Van Busselsysteem, een elevator en een mengmachine, beide laatste op windkracht. Het werd aldus een 'eenmansmolen'.
In 1948 beëindigde Van den Hoogen zijn bedrijf en bood in 'De Molenaar' van 26 mei vrijwel alles te koop aan: een koppel 17der en 16der kunststenen, de (uit 1942 daterende) elevator, twee mengmachines, motor en onderdrijfwerk voor een mechanisch koppel, vier zeilen, zijn vrachtwagen en nog wat andere zaken. Op 15 september stonden spoorwiel en steenschijflopen te koop. Vermoedelijk is ook alles daadwerkelijk verkocht, want er bevindt zich, behalve in de kap, niets meer wat aan een korenmolen doet denken. Koningspil, spoorwiel en, waarschijnlijk dan ook, steenschijflopen werden aangekocht door Dorus van de Wiel uit Loosbroek (wiens molen in 1954 zou verongelukken).

Rond 1962 moet de molen zijn huidige naam hebben gekregen, naar de nieuwe eigenaar Van Helmondt. Deze wilde de molen gebruiken als weekendverblijf maar stuitte toen al op (vaker voorkomende) problemen als doorslaande muren. De exploitatie van de molen als café (en weer later als restaurant) kwam pas later aan de orde.
Terzijde: Jan van den Hoogen exploiteerde, toen hij nog molenaar was, ook een café, maar dan wel apart van de molen!

Pas na 1960 is de stenen romp geheel gewit, mogelijk in een poging om de vochtproblemen de baas te worden. Eerder was de molen grotendeels zwart geteerd.
Omstreeks 1975 was de onderhoudstoestand zeer matig, maar later werd een opknapbeurt uitgevoerd, waarna de molen zelfs af en toe weer draaiend te zien was. Dit laatste was vooral bedoeld om publiek te trekken voor het in en om de molen gevestigde café-restaurant, toentertijd "De Witte Molen" genaamd.
Het café-restaurant werd later echter opgeheven en de molen kwam leeg te staan. Gedurende jaren stond de molen te koop, maar een gegadigde was er niet.

Voor de molen betekende dit: voortschrijdend verval. Begin 2013 waren kap en wiekenkruis maar vooral de staart zeer slecht: de schoren waren inmiddels alle vier naar beneden gevallen. Om verdere ongelukken te voorkomen plaatste de gemeente hekken rond de molenberg. Begin 2014 werden beide roeden kaalgezet.

Kort daarna, maart 2014 verschenen, met de komst van nieuwe eigenaren, de eerste berichten dat de molen toch hersteld zou worden en in ieder geval uitwendig weer de oude luister zou krijgen. Op 8 juli 2014 werden de roeden gestreken en de kap van de molen getakeld. Dit leidde nog tot de ontdekking van een zeer oude Potroede, de binnenroede is namelijk nr. 889 uit 1875. De buitenroede, vermoedelijk ook zeer oud, heeft geen nummer meer omdat op de plaats waar het nummer zat ooit een reparatie is uitgevoerd. Beide roeden konden worden gerestaureerd en zijn daarna weer gestoken.

In juni 2016 was de molen uitwendig grotendeels compleet, later heeft men de romp opnieuw gewit. Na deze grote uitwendige restauratie wordt de molen zo af en toe aan het draaien gebracht. Enige jaren later werd de molen opnieuw te koop gezet en weer verkocht.