verdwenen
circa 1879
1878 - 1879 afgebroken
geschiedenis
Polder De Westerkogge, Avenhorner molens
Nadat in de Westerkogge in 1541 twee molens plaatste bij De Hulk (zie Tenbruggencatenummer 06499 r), aan de Zuiderzee, bleek al gauw dat de uitmaling op binnenwater zonder getijdenwerking beter zou zijn. Daarom vroeg het polderbestuur in 1554 toestemming aan de Uitwaterende Sluizen voor het bouwen van twee molens bij Avenhorn, uitmalend op het Beemster-meer. Dit werd geweigerd om financiële redenen, in 1567 werd opnieuw toestemming gevraagd en weer geweigerd.
In 1578 nam de polder het besluit de twee molens gewoon te plaatsen zonder toestemming, en werd uitgezien naar beschikbare gebruikte molens. In 1582 werden bij Warder twee geschikte molens gekocht voor ƒ 1700, vanaf maart 1583 werden deze in Avenhorn weer opgebouwd. Uiteraard protesteerden Uitwaterende Sluizen, op 18 oktober 1583 verleenden de Staten echter voorlopige toestemming en pas op 4 mei 1591 werd een definitief akkoord getekend.
In 1675 wordt voor het eerst vermeld dat beide molens in een gang geplaatst waren. In 1744 zijn de molens vervijzeld, in 1853 kreeg de ondermolen een langere vijzel.
Na de bouw in 1869 van een stoomgemaal bij De Hulk, en de uitbreiding ervan in 1874, verviel de noodzaak van de Avenhorner molens. In 1875 en 1878/1879 werden de molens afgebroken. Op 1 december 1879 vond een openbare verkoping plaats van "De beide Molen-erven of Gronden van de geamoveerde Watermolens, aan den Walingsdijk".
Voor verdere informatie over de Westerkogge, klik door naar Westerkogge, bovenmolen , Tenbruggencatenummer 06499 r.
Bronnen:
- "De zeeweringen en waterschappen van Noordholland", Mr. G. de Vries Azn., 1864.
- Purmerender Courant 12 nov. 1879.
- "De zeeweringen en waterschappen van Noordholland", derde uitgaaf, D. Kooiman, 1936.
- "De Veenhoop", G.J. Borger, 1975.