bouwjaar
bestemming

Vh. het malen van graan, thans buiten bedrijf

omwentelingen
eigendomshistorie

Van Meel Holding is eigenaar sinds mei 2021, daarvoor was dat de familie Hermus sinds 1941.

geschiedenis

Deze molen werd in 1867 in opdracht van de familie Van de Reijt gebouwd en bleef daar in bezit tot ca. 1930. Daarna was M.J. Wagemakers eigenaar.

Wagemakers beleefde in april 1932 een ramp: de bovenas van zijn molen brak en hierdoor werd het gehele wiekenkruis vernield. Prompt vroeg hij een ijzeren as en roeden te koop. Via weekblad 'De Molenaar' organiseerden collega's uit de regio een inzamelingsactie en met succes: betrekkelijk kort na het ongeluk kon deze molen al worden hersteld met onderdelen van de toen in afbraak zijnde beltmolen "Letronie" te Hogeloon.
Voor de duidelijkheid: het verhaal dat deze molen in 1944 als gevolg van oorlogsgeweld zijn wiekenkruis verspeelde en daarna is hersteld, is niet waar. Dat wiekenkruis ging dus 12 jaar daarvoor al verloren! 

In 1941 werd G.J. Hermus eigenaar, nadat deze de molen al twee jaar had gehuurd van L. van Dongen, die op zijn beurt de molen weer van Wagemakers had overgenomen. De familie Hermus gebruikte de molen veel, maar in de loop van de jaren '60 werd dit minder. Een opleving volgde evenwel na een in 1970/'71 uitgevoerde restauratie. 

Oorspronkelijk waren er drie koppel stenen, maar daarvan was er tenslotte één over. Op de begane grond bevond zich daarna een moderne mechanische maalderij met een sleepluiwerk, een koppel 17der kunststenen, een elektrische maalstoel en diverse elektrische apparatuur voor het mengen en transporteren van biologische tarwe, maïs en gerst. In de molenbelt is een inrijpoort naar de opslagruimte. 
De onderkant van de romp is zwart geteerd om vochtdoorslag te voorkomen. 
In 1990 zijn steenzolder, donsbalk, steenschijfloop, steenkoppel en vang vernieuwd en kreeg de (eveneens nieuwe) binnenroede fokken met remkleppen. 

In 2004 verplaatste de familie Hermus de gehele zaak, zowel de handel als de malerij naar een nieuw onderkomen op industrieterrein Brieltjenspolder. Daar maalt men elektrisch met twee koppel kunststenen en buil, graanschoner en silo's. In de molen maalde men daarna op zaterdagen voornamelijk maïs. In april 2012 kwam er een elektrische maalstoel bij voor het malen van diverse glutenvrije producten.
Het complete staartwerk is in 2010/2011 vervangen door molenmaker Jan Wilten uit Utrecht. Hierbij zijn zaken als achterbaard en -keuvelens, naar foto's van ca. 1935, teruggerestaureerd.

In 2011 veranderde de directe omgeving van de molen voorgoed: de vroegere woning van de familie Hermus werd afgebroken; het inmiddels verkochte terrein kwam daarna als extra parkeerplaats voor het naastgelegen AH-filiaal in gebruik. 
Zo'n negen jaar later zette men deze molen, inmiddels buiten bedrijf, te koop en in mei 2021 volgde verkoop aan de huidige eigenaar, ofwel: na 80 jaar was deze molen niet meer van de familie Hermus.

Een noodzakelijke restauratie werd daarna voorbereid. Die bleek inderdaad nodig: in oktober 2021 keurde men de binnenroede na een inspectie af. Men besloot hierop, de molen stil te zetten. Iets later viel het besluit, ook de buitenroede te vervangen. Het wiekenkruis is daarna alleen nog af en toe in een andere stand gezet.

Over nieuwe roeden werd anno 2024 steeds luider gesproken en er zijn zelfs nummers bekend. In juli zette men beide oude roeden kaal en op 29 juli gingen zij eruit. Vervanging is echter nog niet in beeld. 

Technisch/historische details
Er is wel beweerd dat deze molen oorspronkelijk als stellingmolen is gebouwd. Dit is echter onwaarschijnlijk, omdat uit onderzoek is gebleken dat deze molen al in 1877 beltmolen was. Wat overigens wél opvalt is de hoogte van die belt: die is dermate groot dat hier een tussenzolder kon worden gerealiseerd. 
Verder is de hypothese wel geuit dat deze molen kettingkruier zou zijn geweest, maar er zijn totaal geen krammen (of sporen daarvan) aanwezig, zodat ook dit laatste vooralsnog moet worden betwijfeld.
De bovenas, die dus via Hoogeloon in deze molen terecht is gekomen, is oorspronkelijk besteld voor één van de 12 molens van de Vierambachtspolder (ZH). Welke molen dat precies was, is nog niet bekend.