trivia

Donderdagavond 24 juli 1919 klinkt de brandklok.
De molen aan de Westenesschersteeg staat in brand.
Honderden inwoners van Emmen en Westenesch spoeden zich naar de plaats des onheils. Hier wachtte de toeschouwers een machtig spektakel.
De molen, gelegen op het hoogste deel van de Hondsrug, ten noordzijde van de Westenesschersteeg, vormde met het golvende terrein en den hollen weg van de Steeg een schilderachtig geheel. En nu stond de roos met zijn lange armen, die de broodetenden voeden, in lichter laaien.
De rieten kap was binnen de korste keren verteerd en niet veel later stond het houten geraamte in vuur en vlam. En toen kwam het moment waarop een ieder gewacht had.
Met donderend geraas stortten de wieken met het houten skelet in elkaar, waardoor de vuurzee weer hoog oplaaide.
Door de ontstane vonkenregen werden de omstanders gedwongen afstand te nemen.
Het aan de molen gebouwde huisje en de neven gebouwtjes waren ook een makkelijke prooi voor de vlammen. Een brandend vat teer zorgde voor een dikke zwarte rook.
Even was er vrees voor het, door twee gezinnen bewoonde, aangrenzende huis van de weduwe Mensingh.
Het huis was reeds ontruimd en de bewoners waren op het ergste voorbereid.
Dankzij de gunstige wind en de snel ter plaatse gekomen brandweer, die met waterstralen het huis nat hield, werd het huis gespaard.
Toch was de ramp voor molenaar J. ten Brink groot.
Hij had de molen voor fl. 5000.- in de onderlinge molenverzekering verzekerd, terwijl van zijn inboedel zo goed als niets overgebleven was.
De andere inboedels waren gedeeltelijk gered. Over de oorzaak van de brand tast men nog in het duister.
De molen werd bewoond door twee gezinnen.
Onder woonde het gezin van de molenaar J. ten Brink en boven dat van J.Gröninger.
De brand ontstond in het bovenste gedeelte. Met moeite had de molenaar zich door de rook een weg kunnen banen naar boven om de wieken stil te zetten. Het aan de molen gebouwde huis werd bewoond door J.Kroeze. Drie gezinnen zijn dus dakloos geworden, en dat wil wat zeggen in deze tijd. Als een ruïne staan de muren nog overeind. Naar we horen is het juist 30 jaar geleden dat de molen, destijds eigendom van E. Hovenkamp, eveneens afbrandde.

-----

NB De aangegeven locatie is een ruwe schatting naar de TMK van 1912.