trivia

Het koren-watermolentje te Voorst

Nedrig ligt gij, kleine molen!
Waar de Voorster beek haar nat,
Kabbeld door gras en bloemen,
Neer laat stromen op uw rad,
Dat zich omwendt onder 't ruischen,
Zonder oorverdovend ruischen.

Beekje dat op de Beekbergs heide,
Stil aan 't drassig land ontglijd,
Eeuwen zijn voorbij gevaren,
Sinds de menselijke vlijt,
Hier op 't rad uw stroom liet drijven,
Om het graan tot meel te wrijven.

Dit gedicht wijdde mr. B.W.A. Sloet tot Oldhuis aan de in 1935 afgebroken waterradmolen aan de Voorsterbeek, en dat werd opgenomen in zijn bundel Winteravondrood. (Deventer 1876)
Bron "Het Zaagblad", Vereniging vrienden van de bolwerksmolen, aug 1984, 23.
jnjv

NB De aangegeven locatie is een schatting, door de kanalisatie is de situatie nogal veranderd.
-----

In het album “De IJsel” van Jac. P. Thijsse, in 1916 door Verkade uitgegeven, staat een afbeelding van deze molen. Dit is een kleurige aquarel gemaakt door Edzard Koning, welke als nr. 61 op blz 43 staat. De afbeelding staat ook in de deels ongewijzigde (dit betreft de blz. 1 tot 90) herdruk (uitg. Terra, 1997).
Geert L. Nienhuis, 3 sept. 2019.