toelichting naam

ook wel Keesjes meule, Verlaatmolen of Mosmolen genoemd.

 

De onder Bergschenhoek gelegen molengangen waren de gangen D, E, F, en G.

Verwarrend vonden de oud Rottenaren al die letters. Zij hadden voor elke molengang eenvoudiger namen uitgedacht.

Gang D werd naar de daar toen aanwezige eendekooi, de Kooigang genoemd.

Gang E, dichtbij de Hoeksekade liggend, werd de Kaagang.

Gang F werd de Hamgang genoemd naar de daar in de buurt staande hamhuizen.

Gang G, dicht boven Terbregge liggend, werd de Breggegang.

Bron: Nederlandse Historiƫn, 21e jaargang, no 2, april 1987.

wetenswaardigheden

Bij deze molen ws een roedenloods anwezig

trivia

Oosteindsche Polder, later Bleiswijkse Droogmakerij, boezemmolen nr. 9/ E1
De molen werd ook Keesjes Meule of Mosmolen genoemd.

Zie verder boezemmolen A1 (Tenbruggencatenummer 02887 d).

Alle molens van de Bleiswijkse Droogmakerij waren achtkanten, behalve deze wipmolen, welke dienst deed als bovenmolen van gang E en het water van de ringvaart uitmaalde op de Rotte.

Dit was de enige wipmolen van het 27 molens tellende complex. De reden daarvoor: al snel openbaarden zich bij de nieuw gebouwde bovenmolens 8 en 9 ernstige verzakkingen. Men stond toen voor de keus om de onderbouwen van deze molens aan te pakken of de oude poldermolens als bovenmolen te gaan hanteren. Omdat de resultaten van het hellend scheprad tegenvielen besloot men tot de laatste oplossing. De nieuwe molens werden op 12 augustus 1786 voor afbraak geveild. Een ging er naar Overschie voor de nieuwe droogmakerij Rijs-en-Daal (de molen halverwege de voorboezem) en de andere als papiermolen naar Waddinxveen.

Informatie van Jan Hofstra en Johan Bakker.