trivia

De molen bemaalde de Hidaarder polder.
De ondertoren was gedekt met dakpannen.
In 1949 werd de molen opgemeten door Anton Sipman. Een tekening van deze molen is opgenomen in het bekende boek van Sipman 'Molenbouw'.
-----

Aanvullende gegevens, ontleend aan de Oorlogsinventarisatie van de provincie Friesland uit 1942/1943

Kadastraal bekend: Gem. Oosterend, Sectie A, No. 53
Type: spinnekop met achtkante ondertoren, gedekt met dakpannen
Bouwjaar: 1787
Hoogte van de molen: 7,5 m
As en roeden: hout
Vlucht: 12,80 m
Wieksysteem: oud-hollands
Eigenaar: polderbestuur, K. Wijbrandi, Hijdaard (voorz.), J. Terpstra, Hijdaard (secr./penn.), W. de Jager, Wommels
Molenaar: B. Jorritsma, Hijdaard
Opvoerwerktuig: vijzel
Opvoerhoogte: 1,50 m
Gem. waterverzet per uur: 590 m3
Te bemalen oppervlak: 54 ha
In gebruik: ja, uitsluitend op windkracht
Staat van onderhoud: best
Molenmaker: F. Ydema te Hijdaard
Windbelemmering: geen

Op de Kadasterkaart 1811-1832, kaartblad Oosterend Sectie A (blad 1) nr. 53, staat hier reeds een molen aangegeven. Als symbool is een vierkantje gebruikt, hetgeen op een spinnekop duidt.

De molen komt nog voor op de TK van 1951, maar ontbreekt in de provinciale moleninventarisatie van 1957.
Leo van der Drift, 9 aug. 2009.