bouwjaar
herbouwd
1988
bestemming

Het malen van graan op professionele basis; het zagen van hout op vrijwillige basis

omwentelingen
geschiedenis

Deze molen werd gebouwd in 1875, nadat de voorganger, Windlust genaamd, op 15 september 1874 was verbrand. De Windlust was een koren- en pelmolen en stond ca. 20 meter van de plaats van de huidige molen.
Het zaagwerk naast de molen is luttele jaren later gebouwd, het moet in 1879 in gebruik zijn genomen. Volgens overlevering kreeg de nieuwe molen meteen zelfzwichting op beide roeden.
In de jaren '60 kwam de molen buiten bedrijf. Al sinds 1954 had de molen maar één roede, maar werd er evengoed nog geregeld op windkracht gemalen. 

Diep te betreuren is, dat deze kapitale molen indertijd niet voorzien was van een bliksembeveiliging: op 11 november 1972 ontstond tijdens onweer brand. Kort daarna stond de gehele molen in lichterlaaie, ook omdat de brandweer met het toen aanwezige materiaal niet hoog genoeg kon komen om te blussen. Het gedeelte boven de stelling werd als gevolg verwoest, de stenen onderbouw en de zagerij bleven min of meer intact. 

Plannen voor herbouw stuitten op passiviteit en zelfs tegenwerking van enkele familieleden van de laatste molenaar/eigenaar De Groot. Toen de toestand ruim 10 jaar later uitzichtloos leek, werd alsnog een doorbraak bereikt. Tussen 1984 en 1988 werd de molen geheel herbouwd.

Die herbouw was niet zomaar iets: allereerst moest de door brand (en verwaarlozing daarna) aangetaste onderbouw grondig worden hersteld. Daarna waren een nieuw bovenachtkant, kap, wiekenkruis en bovenas, staart en stelling nodig. Daarbij nog een compleet binnenwerk, dus zowel een maal- als een pelwerk! Ook diende de verbinding tussen de molen en de zaagloods daarnaast in ere te worden hersteld (evenals de loods zelf, die inmiddels ook vervallen was).

Na de herbouw kwam de molen als bakkersmolen voor de regio weer professioneel in bedrijf en ruim 35 jaar later maalt de molen nog dagelijks voor bakkers in de naaste omgeving, evenwel geschiedt dit tegenwoordig voornamelijk op motorische kracht. De wind wordt naar verluidt nog maar beperkt benut. Dat geldt niet het zaagwerk: dat is in de regel 's zaterdags op windkracht in bedrijf.

In het late voorjaar van 2024 werd deze molen onderworpen aan een grote beurt: beide roeden gingen eruit, waarna de kap van de molen werd getakeld om op de grond te worden hersteld (o.m. nieuw rietdek). 
In september dat jaar werd de geheel herstelde kap geplaatst en daarna volgden beide nieuwe roeden. 

Opmerkelijk zijn de vier stellingdeuren, een aantal dat maar weinig op stellingmolens voorkomt.