In 1898 werden de eerste pogingen in het werk gesteld om in het gebied bij Cornwerd door middel van de oprichting van een waterschap een betere waterbeheersing te verkrijgen. Het waterschap, dat men "Cornwerd c.a." wou noemen, zou in de plaats moeten komen van een vijftal particuliere polders. In 1877 was een initiatief om een grote particuliere polder voor het gebied op te richten, mislukt. In 1899 mislukte aanvankelijk ook de oprichting van een waterschap, vanwege onvoldoende steun van de toekomstige ingelanden. Deze vreesden voor te hoge lasten.
Een nieuwe poging om tot oprichting van een waterschap te komen, werd in 1904 ondernomen. Nu had men meer succes. Na aanpassing van de plannen werd het waterschap in 1907 ook daadwerkelijk opgericht, nu onder de naam "Cornwerd".
Het waterschap nam de werken na het gereedkomen ervan tegen taxatie van de eigenaren over. De bemaling van het waterschapsgebied werd verzorgd door een in 1907 door de firma J.H. Westra te Franeker gebouwde windwatermolen aan de Cornwerdervaart (Tenbruggencatenummer 03177). Een tijd lang beschikte men over een tweede molen, staande aan de Melkvaart bij Wons. Deze werd in 1925 afgebroken.
Nadat het waterschap in 1913 onder het regime van het algemeen reglement voor de Friese boezemwaterschappen was gebracht(3) - wat overigens niet tot grote wijzigingen leidde - vond in 1918 een uitbreiding van het grondgebied plaats met landerijen ten oosten en noorden ervan. Een klein gebied, ten zuiden van de Cornwerdervaart liggende, ging over naar het waterschap De Weeren.
Het voormalige molenerf aan de Melkvaart bij Wons werd in 1926-1929 verkocht aan H. Eisma te Bolsward en R.D. Politiek te Sexbierum.
Bron: archief van Waterschap Cornwerd, (1898) 1907-1975 (1976), Archiefnet.