bouwjaar
herbouwd
1898
wederopbouw
Onderbouw sterk verhoogd.
bestemming

Het malen van graan, thans op vrijwillige basis

molenmaker
W.F. Looman, Deventer (1849) ?? (1898)
omwentelingen
geschiedenis

Dit is de enig overgeblevene van in totaal zeventien molens, die vanaf de 16e eeuw in Heerenveen hebben gestaan. Deze molen werd gebouwd als koren- en pelmolen. 
Op 20 augustus 1849 verkocht Hermanus Hendrik Kok, molenaar te Almelo, een stuk grond te Heerenveen voor ƒ 200,-- aan Willem Frederik Looman, molenmaker te Deventer. Op diezelfde datum ging een huurcontract in, waarbij Looman voor ƒ 650,-- per jaar aan Kok de molen verhuurde. "W.F Looman 1849" staat in een balk op de stellingzolder gegraveerd.

Kok heeft niet lang in Heerenveen gewoond; binnen een jaar werd de molen met de bijbehorende woning verkocht aan jonkheer Fredrik Hessel van Beyma thoe Kingma, procureur te Heerenveen. 
Het werd pas rustig rond verhuur en verkoop van deze molen toen in oktober 1872 Johannes Melis Tjepkema eigenaar werd: hij was de eerste die met deze molen een goed bestaan had. Niet voor niets werd de molen bij de inwoners van Heerenveen bekend als Tjepkema's molen: nog steeds wordt in de volksmond deze naam gebruikt.

De molen kreeg last van windbelemmering door de groeiende bomen in de tuinen van de nabijgelegen woningen. In 1898 besloot men daarom de stenen onderbouw met 5,50 meter te verhogen. Aldus ontstond een hoge molen op een slanke onderbouw (de proporties van het achtkant bleven uiteraard dezelfde) met een stelling op 10 meter hoogte. De molen had hiermee weer goed de wind in de zeilen. Nog altijd zijn in het metselwerk de aanzetten waar tot 1898 de stellingschoren zaten, duidelijk te zien. 

Toen de molen in 1931 in handen kwam van een sloper uit Leeuwarden, wist Vereniging de Hollandsche Molen de toenmalige gemeente Aengwirden te interesseren, uiteraard om afbraak te voorkomen. Op 1 september dat jaar volgde aankoop door de gemeente voor ƒ 1600,--. 
Vervolgens deed de molen jarenlang dienst als droogtoren voor de slangen van de brandweer en opslagplaats voor de plantsoenendienst. Het onderhoud was prima geregeld maar draaien was er niet bij. 

Verandering kwam pas in 1974: vanwege een feestweek werd de molen door een molenmaker draaivaardig gemaakt en gedurende die hele week was de molen draaiend te zien. Men werd enthousiast en dit leidde ertoe dat de molen weer geregeld draaide. Later werd de Stichting Molen Welgelegen opgericht en een grote restauratie voorbereid. In 1990 werd de molen ook maalvaardig. 

De molen draait geregeld waarbij soms wordt gemalen.