Wellicht had deze molen een voorganger uit 1839, die dan door de Fa. Van der Sluis & Tuimelaar zou zijn gedreven. Bewijzen daarvoor zijn echter niet te vinden en als het al waar is, dan bestond de molen maar even: op de kaart van 1848 komt hij niet voor.

De molen werd in 1858 gesticht door Cornelis Tj. Tuymelaar/Tuimelaar en Johannes van der Sluis, daarna werd al gauw de laatste de alleen-eigenaar.

Vanaf 1894 kwam de molen met houtkolk in bezit van de firma A.H. Siebenga, daardoor ontstond in de volksmond de naam Siebenga's molen. In 1895 was mevrouw Jeltje J. Siebenga-Gerritsma de eigenaresse. In 1923 werd Johannes Anskes Siebenga eigenaar en in 1941 werd het bedrijf voortgezet als Fa. H.A. Siebenga & Zn.

In 1941 werd de windkracht aangevuld met een elektromotor, waarna in 1950 de molen werd onttakeld. Enige tijd later ging ook de kap eraf [vlg. Bunskoeke: De roeden werden in 1941 verwijderd, in 1950 gevolgd door de kap e.d. en stelling]. De fa. Ate Beuving, die een fabriek voor houtbewerking had aan de Badweg, plaatste in de zomer van 1941 de open Heemaf sleepringmotor. Vanwege het stof werd het open gedeelte van de motor van een afschermkap voorzien. Mogelijk verzorgde de fa. Posthuma de elektrische installatie.

De laatste eigenaar Anske Siebenga zag het eens zo bloeiende zaag- en houthandelsbedrijf stiller worden en de molen raakte in verval.

In de nacht van 23 op 24 juni 1973 ging de overgebleven romp door brand verloren. In 1976 werden ook de loodsen en het oude houtstek gesloopt. Nadat de Openbare Werken van Heerenveen hier een tijdlang gevestigd waren, zijn er nu huizen verrezen.

Bronnen ondermeer:
- Molens aan "'t Spoar", art. door Drs. D.M. Bunskoeke in De Utskoat nr. 48, dec. 1987.
- Informatie van F. Talen in De Utskoat nr. 57, maart 1990.
- Uit de knipseldoos, artikel door Popke Timmermans in De Utskoat nr. 74, juli 1994.