- vang
- Vlaamse vang; 6 vaste stukken. Vangbalk met haak; vangstok. Kneppel; pal.
vang
- inrichting
Eén koppel 17der blauwe en één koppel 17der kunststenen; pletterij; koekenbreker; zakkenklopper; kammenluiwerk; twee steenkranen
- overbrenging
Bovenwiel 69 kammen
Bovenbonkelaar 35 kammen, steek 12,5 cm.
Spoorwiel 120 kammen
Steenschijflopen 29 staven, steek 8,7 cm.
Overbrengingsverhoudingen 1 : 8,16
Bovenwiel en -bonkelaar zijn conisch uitgevoerd.