- bouwjaar
- verdwenen
-
1796 - 1797 afgebroken
- afkomstig van
- geschiedenis
-
De Amsterdamse koopman Maerten Heindricxzn Spiegel kocht in november 1614 in Alkmaar de romp van een volmolen met toebehoren, en liet hem herbouwen op een door hem in oktober 1614 van de stad gehuurd molenerf op het Passeerdersbolwerk. Daar werd hij ingericht als zeemleermolen, en werd daarom De Kleine Stinkmolen genoemd, ook bekend als De Star.
Dit is de molen van Rembrandt, zie N.H. Molenboek pag. 67, 1981. Hij wordt altijd in spiegelbeeld afgedrukt. De molen werd in Amsterdam op een stenen onderbouw geplaatst. ook waren er nieuwe, langere wieken geplaatst, dat verklaart de manshoge trapjes die nodig waren om van de stelling naar binnen te komen. Opvallend zijn ook de naar buiten uitstekende achtkantstijlen.
Omstreeks 1698 moutmolen.
In november 1796 werd het laatste windgeld betaald, de molen werd dus 1796/1797 afgebroken.
Bronnen:
- "De molens van Amsterdam", G.J. Honig, 1929, blz. 141.
- "Eerste gewin is kattengespin. De eerste windhennepklopper ter wereld", art. door Leo den Engelse, Margreet Hoek, Flip Verduin en Pieter Schotsman, in Oud Alkmaar jrg. 35 nummer 1-2011, pag. 5-13.
H. van der Kaay, 23 jan. 2008. -
Molen 06490 k De Kleine Stinkmolen / De Star (Amsterdam)Tekening van Bartholomeus Barbiers, 1750-1797Molen 06490 k De Kleine Stinkmolen / De Star (Amsterdam)Ets Rembrandt van Rijn, 1641 (terug gespiegeld)