bouwjaar
verdwenen
afgebroken
geschiedenis

22-10-1737:  Stadsarchief Amsterdam.

Testament van Jan Otten van der Woude, molenaar van deze molen, gedateerd 22 oktober 1737. Naast de molen had hij ook een molenmakerswinkel, als beroep gaf hij op meester molenmaker. 
Volgens zijn testament was in 1754 Jan van der Woude de molenaar van deze molen.
Bron: Stadsarchief Amsterdam.

12-12-1760: Stadsarchief Amsterdam.

Op 12 december 1760 lieten houtzaagmolenaar Jan Otten van der Wouden en zijn echtgenote een nieuw testament opstellen. Kennelijk was hij ook eigenaar van molen De Oranjeboom (Tenbruggencatenummer 06492 c), die mocht zijn kleinzoon Jan de Wolf uit de boedel kopen. 

01-06-1763:  Stadsarchief Amsterdam

Op 1 juni 1763 zegde een flink aantal eigenaars van molens het op 18 januari 1760 gesloten verzekeringscontract weer op. Voor De Winthont was dat Jan van der Woude


21-12-1770: Stadsarchief Amsterdam.

Akte van executeurschap en voogdij van Jan van der Woude, houtzaagmolenaar van De Windhond

 
05-06-1771: Stadsarchief Amsterdam.

 Akte van executeurschap en voogdij van Jan van der Woude, houtzaagmolenaar van De Windhond
Inform. Arjen Lobach, mei-aug. 2022. 

10-02-1778: Stadsarchief Amsterdam Toegangsnummer 5075, inventarisnummer 15711, pagina 447 e.v.

Boedelinventaris van Jan van der Woude, houtzaagmolenaar op deze molen (overleden op 7 oktober 1777). Inform. Arjen Lobach, 26-09-2024

 
“In 1897 werd hier begonnen met de aanleg van de Tweede Hugo de Grootdwarsstraat, die sinds 1919 Gilles van Ledenberchstraat heet.”
Bron: "De Molens van Amsterdam in oude ansichten" deel 2.


23-09-1896: Om bouwgrond ter beschikking te krijgen ruilde de gemeente op 23 september 1896 het erf van De Windhond met de firma J.G. Schreuder tegen een terrein aan de Jacob Catskade.

Op 4 januari 1897 werd bij inschrijving het slopen van de molen en de twee knechtswoningen voor ƒ4.525,49 gegund. 
Bron: "De Amsterdamsche schans en de buitensingel", J. van Eck, 1948.