bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis
Een van de oudste heerlijke rechten was de molendwang. Iedereen was verplicht gebruik te maken van de 'heerlijke' molen. Hieruit voort vloeide het heerlijke recht van de wind. Dit hield in dat niemand op het grondgebied van de heer een molen mocht bouwen of exploiteren. In de vijftiende eeuw bezaten de heren van Bronckhorst een dwangmolen.

In een oorkonde uit 1496 is sprake van een verdwenen windmolen. Enkele personen verklaarden toen dat "opten Zuydenbergh opten Mollenkolck eyne wyndemoille gestaen heeft". Lambert Mackynck getuigde dat zijn ongeveer honderd jaar oude vader Arnt Warntynck vaak had verteld dat er een molen aan de Molenkolk had gestaan.

Tot 1795 was er sprake van een dwangmolen in Bronkhorst. Deze molen was de voorganger van de huidige nog bestaande molen. Hij verbrandde in de nacht van 17 op 18 mei 1844. Nog in hetzelfde jaar werd een nieuwe molen gebouwd.