bouwjaar
verdwenen
gesloopt
voorganger
geschiedenis

De achtkante meelmolen Oostermolen werd in 1654 op dezelfde plek als voorganger De Wolf gebouwd op het Oosterbolwerk, ofwel het Stadsbolwerk bij de Purmerpoort, ofwel "achter de dijk bij de Purmerpoort" (vermelding 1782).

Op 15 maart 1732 kocht Thomas Claasz Schoorl (afkomstig van de Langedijker korenmolen in Noord-Scharwoude, molen 07572), de helft van de Oosterkorenmolen van Annetje Rigteren, weduwe van Gerrit Lammertsz, welke molenaar in 1732 was overleden. De koopsom bedroeg ƒ 6700, waarvan zijn vader Claas Thomasz hem een deel leende. 

Op 29 april 1733 kocht Schoorl een kwart deel van de Noorderkorenmolen, molen 01056 m. Het overlijden van Thomas Claasz Schoorl werd aangegeven op 12 juni 1750. Na het overlijden van zijn weduwe Neeltje Warmenhuysen (aangifte 4 september 1782) verkochten de erfgenamen op 13 december 1782 de aandelen in beide molens te Purmerend. 

Omdat er in Purmerend tekort maalwerk was voor twee molens, werd de Oostermolen in 1791 gesloopt.

Bronnen ondermeer:
- "De Langedijker korenmolen en zijn eerste particuliere eigenaar", artikel door H. Schoorl in "West-Friesland Oud en Nieuw" 1981. Met dank aan H. van der Kaay.
- "Verdwenen korenmolens in Purmerend", artikel door Jack Otsen in "Nederlandse Historiën" 1995 nr. 1.