bouwjaar
verdwenen
afgebroken en verplaatst
verplaatst naar
geschiedenis
De molen behoorde tot de oudere molens in de Zaanstreek en werd hoogstwaarschijnlijk gebouwd in 1631. In dat jaar ontving Claas Jansz. Gijsen de windbrief voor de molen.

In 1667 was de Rob volgens Boorsma nog als verfmolen in bedrijf, daarvoor is echter geen bewijs gevonden en de familie Gijsen komt nergens voor als verfmaler.

In 1685 werd de molen geveild, het hoogste bod was ƒ 1120, dit was echter niet genoeg en dus werd de molen opgehouden om hem later nog eens te veilen. Op het moment van de veiling was de Rob ingericht als oliemolen.

Volgens Boorsma was de Rob een kleine molen met alleen een hennepkoekswerk. Op 3 maart 1712 kocht Jacob Peereboom uit Koog aan de Zaan, 19/20 part in de Rob van Claes Huijsduijnen en 1/20 part van Jan Claasz. Auwel, waarmee hij dus de gehele oliemolen de Rob bezat. Peereboom ging niet olieslaan met de Rob, maar laat hem afbreken en als loodwitmolen weer opbouwen te Koog aan de Zaan.

Bronnen:
- "250 Zaanse molens" R. Couwenhoven 2001 blz. 49/75
- "Duizend Zaanse molens" P. Boorsma 1968 blz. 104
- "1100 Zaanse Molens", Ron Couwenhoven 2015, blz. 78, 85.