Een gewoone staande Schepradmolen, de Bergmolen genaamd, staande by Terbreggen aan het einde der Droogmaakery van Bleiswyk, mede van 88 voeten Rhynl. Vlugt. 
Het Bovenwiel daarin heeft 77 Kammen, en de Boven-Schyfloop 42 Staaven.
Het Onderwiel, groot zynde 18 voeten 4 duimen, is voorzien met 112 Kammen, en de
Onder-Schyfloop met 28 Staaven.
De Diameter van het staande Scheprad is groot 20 voeten 6 duimen.
De Schoppen van onderen breed 18; duim, en op 6 voeten van onderen breed 20 1/3 duim, en ten getale van 28;
staande in het Boezempeil 3 voeten 7 duimen of 43 duimen.
De Opmaaling van Peil tot Peil was gesteld op 5 voeten 10 duimen of 70 duimen;

Verhandeling over de proportien tusschen de vermogens der gewoone watermolens werkende met een staand scheprad en der nieuwlings door de heeren gebroeders Eckhardt uitgevondene hellende schepradmolens etc.etc. door Benardes Joannes Douwes

Informatie van Jan Hoek, 27 augustus 2019

Deze molen stond 25 roeden (~100 meter) ten noordoosten van no 8. 
Ik kan deze molen niet plaatsen welk nummer dit geweest is.