- bouwjaar
-
circa
- verdwenen
-
afgebroken
- geschiedenis
-
Op 19 januari 1632 kreeg Jacob III van Wassenaer toestemming tot bedijking van ‘vier kleyne braeckgens’. Gezien de geringe oppervlakte (nog geen zeventig morgen) was het een klein project. Het geheel, de polder Weel en Braken, werd nog hetzelfde jaar door een onder- en een bovenmolen drooggemalen. Het polderwater werd uitgeslagen op de polder Obdam.
Om de bemaling van Obdam te versterken werd in 1635 een extra watermolen bij de ringvaart van de Heerhugowaard geplaatst: de ‘Juffermolen’. De problemen met de afwatering waren met deze kleine molen slechts ten dele opgelost. In 1654 besloot het dorpsbestuur van Obdam tot de bouw van een extra achtkante watermolen. Vermoedelijk in 1656 kwam deze, iets ten zuidwesten van de Lutkedijk, gereed.
Ook de Juffermolen bleef nog lang in gebruik, maar werd in maart 1690 voor afbraak verkocht.
Tekst: Jan de Bruin, 31 dec. 2009.
Oprechte Haerlemsche courant, 02-03-1690
Die van de Regeering vn de Heerlijckheyt Obdam en die van Braecken praesenteren, by publijke Veylinge op den 29 Maert's voormiddags ten 12 uuren van der selver Raedhuyse tot Obdam te verkopen een groote Staert Water-Molen, de Roeden lang zijnde omtrent 75 Voeten, in sijn geheel, soo die tot noch toe heeft Water gemalen.
Ymant, genegen zijnde, dese Molen te kopen, kome ten dage, plaetse en uur voormn. staende deselve Molen aen de Ringsloot van de Heer Huygenwaert onder de Jurisdictie van Obdam. -
Molen 07417 Polder Obdam, De Juffermolen (Obdam)De Juffermolen op de kaart van Dou (1680) (coll. Jan de Bruin)