- trivia
Leeuwarder Courant 1 sept. 1928, artikel "Tusschen Flie en Lauwers" door A.W:
"De molen ontplofte op 16 mei 1744. Drie medewerkers werden gedood, twee anderen van buiten de molen werden vermist. Omliggende huizen werden geheel geruïneerd, en in de kerk en de domineeswoning bleef geen glas heel. Volgens zeggen ontplofte er wel 15- à 1600 pond kruit.
"Spoedig na de ramp ging men in 1744 over tot den bouw van een "massale Kruydmolen", welke in 1748 voltooid ws. Ruim 40 jaren bleef dit gebouw in stand, tot 11 Augustus 1790, toen op afbraak verkocht werd de "kruitmolen de Eendragt te Staveren, waarin drie stel steenen, een paardestal voor acht paarden, een schuur voor acht koeien, een salpeterraffinaderij met koperen ketel van 5 voet, vier koperen bekkens circa 4 voet in diameter, turfschuur enz. aan de Wanservaart."
-----
Leeuwarder Courant, 1 sept. 1928:
"Twee Molens.
Blijkens oude plattegronden der stad, vond men bij elk der havens een molen, de Noorder- en de Zuidermolen, waarvan de laatste stellig de oudste was en zich aan de zuidzijde van de Zuiderhaven als "standerdmolen" voordeed toen de Noordermolen zich reeds als "bovenkruier" vertoonde. De Noordermolen, die eertijds tevens als baken dienst deed en gestaan heeft ter plaatse, waar later een houten baken is verrezen, komt later voor als de "Rogmolen"en daarna als "Meelmolen". De Zuidermolen kwam als 'de Molen' aan den binnenkant der Zuiderhaven voor: zij bracht in de middeleeuwen 15 'botkens''s jaars op, welke de inkomsten der stad ten goede kwamen.
De Kruitmolen.
Ten oosten van de "Stadsfenne", op het Zuid der Stad, ligt een perceel weiland, dat onder den naam van "Kruitmolenstuk" of "Kruitmakersveld" voorkomt. Het dankt zijn naam aan den molen, die zich hier eertijds bevond, waarschijnlijk ter plaatse waar zich te voren bovengenoemde Zuidermolen bevond, en gebezigd ter bereiding van buskruit. Omtrent dezen molen kwam ons onder de oogen een zeldzaam gedrukt blaadje papier, bevattende, onder de ruwe afbeelding van een windmolen, een: Pertinent en omstandig verhaal, wegens al de droevige ongelukken die er zijn geschied door het springen van de Kruit-Moolen tot Stavooren.
Stavoren den 16 Meij 1744. Deze morgen omtrent de Klok agt uuren. is alhier een droevig geval gebeurt. De Kruit-Moolen hier staande en een schoon sterk Gebouw zijnde, is in een oogenblik tot een Puinhoop verandert, door dien dezelve in een moment in de Lugt sprong. De Werklieden op de Moolen bezig zijnde om het Kruit te drogen en haar dingen te doen, hebben ellendig haar leven daar bij gelaten en zijn daar drie Menszen door om gekomen.
De halve Stad is daar door geruïneert en genoegzaam geen een Huis of is beschadigt. De Kerk en het Huis van den Domine daar is geen een Glas in heel gebleven en de daar rondom staande Huizen zijn geheel geruïneert en de schaden daar door veroorzaakt is onbeschrijvelijk; Nog twee andere Menszen buiten die geene die op de Moolen waren worden vermist en' volgens het zeggen, zo zou daar wel 15- á 1600 pond Kruit in de Lugt gesprongen zijn. De oproer en consternatie onder de Inwoonders is onbeschrijvelijk, want men niet en dagt of zoude wel honderde Menszen haar leven hebben gekost, dog de Heere heeft dezelve door zijn wonderlijke Almagtigheid behoed.
Deze Stad heeft al van den beginne veel onge van Branden, van Instorten en Overstrominge ondergaan en over dezelve Stad zijn al veele Oordelen gevallen.
N.B. Deze Stadt is een van de oudste Steden van Holland en heeft in schoonheid veele overtroffen."