bouwjaar
verdwenen
afgebroken
geschiedenis
In 1660 was Folert Folckerts de molenaar, en in 1691 was er sprake van "de alde en de jonge Folckert Folkerts". Zijn erfgenamen verkochten de "wint- of rogmolen" bij het Swagemer Hoff" in 1695 aan Molle Wychers, die hem in 1702 met Nolle Jans verruilde voor een "rogh- of windtmolen in Drachten" (zie Tenbruggencatenummer 07599).

In Langezwaag wordt in 1716 Hendrik Oedzes genoemd, "in leven huisman en molenaar". Naast de molen stond een groot huis, dat de provincie had laten bouwen voor de cherchers.

Toen de korenmolen te Langezwaag in 1784 ernstige ouderdomsverschijnselen vertoonde, kochten de kerkelijke autoriteiten hem op om hem te vervangen door een gecombineerde koren- en watermolen. De molenaar was toen Hendrik Sjoerds.

Bronnen:
- Het molenbestand in Friesland, een overzicht van het aantal der industriemolens in Frl. tot 1900, art. door drs. D.M. Bunskoeke in
De Utskoat nr. 40, dec. 1985.
- Uit de knipseldoos nr 40, art. door Popke Timmermans in De Utskoat nr. 81, maart 1996.