- bouwjaar
- herbouwd
- 2003
- bestemming
Het malen van graan op vrijwillige basis
- molenmaker
- ?? (1773) Fa. de Gelder (2003)
- voorganger
- omwentelingen
- geschiedenis
-
Sinds 1999 staat deze kleine achtkante korenmolen naast het bekende ooievaarsdorp 'Het Liesvelt'.
'De Jonge Sophia' werd oorspronkelijk, waarschijnlijk in 1773, te Ottoland gebouwd en was daar korenmolen. Nadat aan het begin van de 20ste eeuw een motor was geplaatst, liet het onderhoud van het buitenwerk te wensen over en werd de molen tenslotte, vermoedelijk 1926, onttakeld. Daarna bleef de romp deel uitmaken van een maalbedrijf.
Na opheffing van dit bedrijf in 1998 werden enige omringende panden gesloopt en bleef de romp achter. Duidelijk was echter, dat deze daar niet kon blijven staan: er dreigde zelfs acuut gevaar dat de romp zou worden gesloopt als er niets werd ondernomen.
Zover kwam het niet: een snelle reddingsactie van enige Alblasserwaardse molenvrienden leidde in november 1999 tot de verhuizing van het achtkant naar ooievaarsdorp Het Liesvelt te Groot-Ammers. Hier werd het 'voorlopig' neergezet.
Iets later werd ter plaatse een achtkante onderbouw gemetseld, waarop vervolgens de romp kon worden geplaatst. Na enige tijd was er voldoende geld om deze van nieuw riet te voorzien en ging de molenmaker aan het werk voor een nieuwe kap. Op 27 december 2003 werd de molen voorzien van kap, roeden en staartbalk.
Begin 2004 werd de molen draaivaardig opgeleverd; begin 2005 kwam het molenaarsverblijf naast de molen gereed.
In oktober 2006 werd aan molenmakerij De Gelder opdracht verstrekt voor het maalvaardig maken met één koppel 16der blauwe stenen. Op 21 maart 2007 werd daarmee voor het eerst gemalen; 29 maart werd de molen opgeleverd. Sindsdien is De Jonge Sophia veelvuldig in bedrijf, waarbij ook regelmatig wordt gemalen.
De herkomst van de diverse onderdelen maakt dit tot een bijzonder geheel: de gehele bovenas (gietijzeren kop en houten binnengedeelte) is afkomstig van een verwaarloosde (en later ingestorte) molen te Lille Ebberup (Denemarken); het bovenwiel komt uit de omgeving van Hoorn; de vanghaak uit de in 1960 gesloopte wipmolen van de Oostbuurtpolder uit Hazerswoude (en was, samen met het ijzerwerk voor een steenkraan, een geschenk van Martin van Doornik); het schijfloop van het koppel stenen is afkomstig van het voormalig motorkoppel van De Vriendschap in Bleskensgraaf, de koekenbreker komt uit het in 2004 gesloopte complex van de voormalige korenmolen De Pauw in Groot-Ammers, naast een aantal molenstenen, een groot aantal meelzakken en een zakkenlift. De vangbalk is een verzaagde spruit van molen De Roode Leeuw uit Gouda. Van het koppel blauwe stenen is één steen afkomstig van de in 1971 onttakelde (en later verdwenen) korenmolen Het Hert te Rhoon.
Terzijde: de koekenbreker bevindt zich inmiddels in De Lelie te Puttershoek en de zakkenlift werd aan de Stichting de Schiedamse Molens geschonken.
In aanleg is deze korenmolen bijzonder: de opzet lijkt in menig opzicht sterk op een wipkorenmolen en sommigen noemen hem zelfs 'een vermomde wip'. In dit verband verbaast het ook niet dat er nooit een luiwerk aanwezig is geweest.