- bouwjaar
-
Gebouwd als replica van de voorganger die in 1962 afbrandde en geheel werd verwoest.
- bestemming
Het malen van snuif en specerijen, thans op vrijwillige basis
- molenmaker
- Fa. Wed. H. Dirkse, Mijnsheerenland (1967/69)
- omwentelingen
- eigendomshistorie
Deze molen is, na vanaf de herbouw eigendom te zijn geweest van de gemeente, in 2016 ondergebracht in een speciaal voor de Rotterdamse monumenten opgerichte stichting.
- geschiedenis
-
De eerste molen op deze plaats is gebouwd in 1829 door Isaac Hioolen. Het was een windkorenmolen met de naam De Nieuwe Star. Op 16 augustus 1865 brandde deze af.
In de loop van 1866 werd op de fundering van de verbrande korenmolen een snuif- en specerijenmolen gebouwd op een nieuwe stenen voet en met gebruikmaking van onderdelen van de in dat jaar gesloopte snuif- en specerijenmolen De Stier, gelegen aan de Trekvliet te Rijswijk, die in 1842 nieuw was gebouwd.
De Ster brandde op 13 juli 1962 af en werd vervolgens in 1967/69 geheel nieuw herbouwd (alleen de bovenas is ouder en van elders afkomstig). Veel werd in 1967 al voorbereid en uitgevoerd, waarna in 1968 de molen daadwerkelijk opgebouwd werd. De officiële ingebruikname volgde in 1969.
Met de brand kwam een einde aan meer dan tweehonderd jaar snuiftabak-fabricage in Rotterdam; ook de specerijenmaalderij verdween toen aan de Plaszoom.
In de tweede helft van de negentiende eeuw fabriceerden de gebroeders Hioolen aan de Kralingse Plas niet alleen snuiftabak, maar ook specerijen. Uit de bedrijfsboekhouding, die gedeeltelijk bewaard is gebleven, blijkt, dat de Hioolens hun producten leverden áán, maar ook grondstoffen kochten bij bedrijven als Silvo en Van Nelle. Hoewel Silvo en de tabaksfabriek van Van Nelle niet meer in Rotterdam zijn gevestigd, zijn de historische banden met deze bedrijven inmiddels weer aangehaald. Dat heeft geresulteerd in een herleving van oude productiemethoden in de molens aan de Kralingse Plas. Nadat er enige tijd is geëxperimenteerd, kunnen er nu op de kantstenen van De Ster weer specerijen worden gemalen. In de toekomst zullen er behalve het malen van specerijen op de kantstenen ook andere methoden van specerijen malen te zien zijn.
Mede dankzij de welwillende hulp van Silvo BV, dat de nodige kruiden ter beschikking stelde, en Imperial Tobacco Nederland BV, vroeger D.E.-Van Nelle, dat de benodigde tabak voor het snuiftabakexperiment ter beschikking stelde, kan De Ster weer specerijen malen en komt een bijna vergeten tak van de tabaksindustrie na 40 jaar weer terug in Rotterdam.
De productie van snuiftabak kan op twee manieren plaatsvinden en levert verschillende producten op: de rapesnuif en de stelensnuif.
Voor het maken van rapesnuif worden de tabaksbladeren eerst gesausd. De samenstelling van deze saus verschilde per soort snuif en werd door de fabrikant geheim gehouden. Veel gebruikte ingrediënten waren bijv. keukenzout, potas, rozenwater, dropwater en jeneverbessensap. Na gesausd te zijn worden de tabaksbladeren in linnen doeken gewikkeld en omwonden met een strak aangetrokken touw. Dit proces wordt na een week of twee herhaald. Daarna worden het touw en de doeken verwijderd.
De karot, zoals de bundel tabaksbladeren nu wordt genoemd, wordt opnieuw opgebonden, maar nu met dun bindgaren. De karotten gaan vervolgens in opslag om te fermenteren. Dit proces kan enkele jaren duren. Na te zijn gefermenteerd worden de karotten fijn geraspt of gehakt. Dat fijnhakken gebeurt in de molen.
Bij het bereiden van stelensnuif wordt het karottentrekken en het fermenteren overgeslagen en worden de tabaksstelen en soms ook wel de hele tabaksbladeren gesausd tijdens het fijnhakken.
Tot zover iets over de bereiding van snuiftabak en wat dit voor deze molen betekent.
In de nazomer van 2013 werden beide bijna 45 jaar oude gelaste roeden vervangen door nieuwe exemplaren. In 2017 ontstond over het toegepaste type roede, de gedeelde roede, de nodig ophef. Dit nadat bij enkele met deze roeden uitgeruste molens in de praktijk bouten waren gebroken. Vervolgens zijn vrijwel alle met gedeelde roeden uitgeruste molens stilgezet, waarna systematisch alle roeden weer werden vervangen door traditionele gelaste roeden. Bij 'De Ster' gebeurde dat in april 2019.
In januari 2022 startte men met een ingrijpende klus: vervanging van de ruim 50 jaar oude stelling. Ook heeft men de kap toen geheel in nieuw riet gezet. Als gevolg was deze molen bij elkaar zo'n half jaar niet draaivaardig.
Begin 2023 startte men de volgende fase: vervanging van het 55 jaar oude rietdek op onder- en bovenachtkant. Dit ingrijpende werk is hier evenwel in voortvarend tempo gedaan: half maart was de molen alweer uit de steigers!