bouwjaar
herbouwd
1987
bestemming

Het malen van graan, thans op vrijwillige basis

omwentelingen
geschiedenis

De molen is gebouwd als windgraanmolen voor Johan Maurits van Hemert, Vrijheer van Eethen en Meeuwen. Opvallend is dat op de gedenksteen, in het Latijn, zowel de naam van degene die de eerste steen heeft gelegd (Johan Maurits) als die van de persoon die de laatste heeft geplaatst (Dirk van Hemert), staat vermeld.
Doordat de weduwe van Johan Maurits hertrouwde met een Van Bleyswijk Parre ging de molen over in het bezit van die familie.

Rond 1850 was Gerrit Vermeulen eigeaar, vervolgens was dat diens weduwe. Daarna ging de molen over op Piet Walraven en vervolgens A. Walraven. In 1922 kocht Jac. Vos de molen aan, waarna de gebroeders Vos eigenaars van de vlak achter gelegen voederfabriek en postduivenkweekstation N.V. de Witte Molen moleneigenaar werden. Dit bedrijf gebruikt de markante Witte Molen op haar terrein aan de zuidzijde van de provinciale weg nog steeds als haar handelsmerk.

Als eerste in de regio Land van Heusden en Altena kreeg deze molen in 1941 Van Bussel stroomlijnwieken. Later tijdens de Tweede Wereldoorlog raakte deze molen beschadigd, maar niet onherstelbaar (iets wat niet van iedere molen in die regio kon worden gezegd...).
Nadat de oorlogsschade was hersteld, kwam de molen toch tamelijk snel buiten bedrijf en werd tenslotte slechts gebruikt als opslagruimte. De molen onderging nog wel enig onderhoud, maar raakte langzamerhand in verval en ook steeds meer ingebouwd door het bedrijf 'De Witte Molen'.

Vanwege de windbelemmering die deze bedrijfsgebouwen met hoge silo's opleverden werd de (reeds in 1979 van zijn roeden ontdane) molen in 1987 verplaatst naar de huidige locatie ten noorden van de provinciale weg. Dit was een kostbaar project voor de eigenaar, de Molenstichting Het Land van Heusden en Altena. Overplaatsing betekende niet automatisch: restauratie. Het aanbrengen van een nieuwe kap en wiekenkruis vond pas ruim vijf jaar later, in 1993, plaats.

De molen draait regelmatig waarbij vaak wordt gemalen.
In 2005 werd een bilmachine, ooit eigendom van molenaar Kock (Den Hout) en later van molenmakerij Straver, geschonken.

In het voorjaar van 2022 was molenmaker Straver bezig met een weinig voorkomende klus: de vulstukken rond de bovenas worden geheel vernieuwd.

 

Een technisch detail over het gaandewerk: de kammen van het bovenwiel zijn van essenhout; die van de bonkelaar van azijnhout; het spoorwiel heeft weer essenhouten kammen; de steenschijven hebben resp. pokhouten en azobé staven.