- bouwjaar
-
voor 1832
- verdwenen
- geschiedenis
-
De molen werd in 1848 voor het eerst vermeld als eigendom van P.T.A. Rits.
Volgens sommigen was de molen een paltrok, ook deelde de heer Schippers van Gemeentewerken mee, dat bij graafwerkzaamheden op het terrein een grote cirkel van steen gevonden is, hetgeen op een paltrok wijst. Maarop een krijttekening van de oliemolen De Koot, komt de molen als een bovenkruier voor.
Bron: Molens maalden in Hillegersberg en Schiebroek, 1975
Plaats: aan de Kootschekade [moet zijn Bergse Rechter Rottekade], vlakbij De Koot.
De molen heette volgens Molens in Rotterdam in oude ansichten De Eikenboom.
Na de sloop bleef de houtloods nog lange tijd staan.15-02-1858: Rotterdamsche courant
Openbare Verkooping van HOUTWAREN.
De Notarissen Mr. C. A. VAN KERCKHOFF en VAN DER HOOP en REEPMAKER, residerende te Rotterdam, zijn voornemens op Donderdag den 4 Maart 1858, des voormiddags ten 10 ure, in het Notarishuis aldaar, te verkoopen : Eene aanzienlijke Partij Gezaagde en Ongezaagde HOUTWAREN, bestaande in Greenen , Vuren, Dennen tn Eiken Deeleu , Binnen . Latten, j Kolders en Sparren, Bennen, Vuren, Coperwijksche, Narva en Riga Greenen Balken, liggende aan den Zaagmolen aan de Rottekade, A, n.°6, onder Hillegersberg , en aan de Houtkooperij aan den Schiedamschen Singel, wijk 15, n.° 641, te Rotterdam. Te bezigtigen 3 dagen vóór den vetkoop, van 9 tot 5 ure. Notitien a 50 Cents , alsmede nadere onderrigtingen, zijn te bekomen ten Kantoren van de genoemde Notarissen en bij de Heeren VAN MARLE en DE SILLE , aan; het Vendu-Kantoor, te Rotterdam.