bouwjaar

< 1560

verdwenen

na 1705

opvolger

Roermond (De Onderste molen 3 (rechteroever))

geschiedenis

De waterverdeling over de zes molens en de waterhuishouding door de Hellegaten hebben, zoals in andere plaatsen voorkwam waar meerdere watermolens dichtbij elkaar lagen, steeds problemen opgeleverd. De moeilijkheden hebben ertoe geleid, dat de twee kloosters een overeenkomst sloten en in 1643 de drie nog niet in hun bezit zijnde molens in eigendom verwierven en daarvan de exploitatie in eigen hand namen.
De molens waren ingericht als graan-, schors-, olie-, en volmolen.
Ze werden aangedreven door onderslagraderen. De graan- en schorsmolen hadden elk één koppel stenen, aangeduid met één gewerf, dat uit een enkelvoudig gangwerk bestond. Bij deze uitvoering dreef het waterrad via het aswiel rechtstreeks het rondsel of de schijfloop op de steenspil aan.

Bussel P.v "De M's van Lb", 1991 p.394
-----

Joseph Linssen gebruikte een kopie van de kaart van Van Deventer voor zijn identificatie van de 6 watermolens. Bij bestudering van de originele kaarten van Van Deventer (waarvan één hieronder) blijkt echter dat er rond 1560 9 of 10 watermolens waren.

Op de twee kaarten van Van Deventer uit 1560 tekende hij hier op de ene kaart 1 watermolen. Op de andere kaart (hieronder weergegeven) tekende hij echter 2 watermolens. Het betreft de twee molens gemarkeerd met '2x' en het spaanse meervoud voor molen 'mole'. Het is dus onduidelijk of dit feitelijk 1 of 2 watermolens betrof.

-----

In ieder geval één van de mogelijk twee watermolen komt ook nog voor op een kaart uit 1705 (zie dbnr. 13263).