- bouwjaar
-
herbouwd
- verdwenen
-
verbrand
- voorganger
- opvolger
- eigendomshistorie
De zoon Jan Baptist van molenaar Martens vertrok in 1840 naar de korenmolen in Waspik (Tenbruggencatenummer 12674). Een andere zoon volgde in 1837 zijn vader op de Madese molen op.
Bron: "De molenaar en zijn windmolens in de Langstraat", Jan Rosendaal, in De Klopkei 1996-2 (tijdschrift van de Heemkundige Kring "De Erstelinghe", Waalwijk). Verzameling H. van der Kaay.
- geschiedenis
-
Deze molen was een ronde stenen stellingmolen (hoogstwaarschijnlijk, gezien de ruimte), de molen brandde in 1859 af. De stenen romp werd toen verhoogd tot de stellingmolen 'Zelden Rust' (zo werd de naam oorspronkelijk gespeld).
De molen ging in 1810 naar een andere eigenaar: de Domeinraad verkocht de molen aan Adrianus Martens. Zijn zoon Guatherus Martens en later zijn kleinzoon Graad Martens (beter bekend als Graad de mulder) houden de molen (en de opvolger) in eigendom tot 1918.
Tony Hop, 8 nov. 2011 & 16 januari 2012.03-02-1859: De Noord-Brabanter : staat- en letterkundig dagblad
Made en Drimmelen, 31 Jan.
Heden morgen tusschen 3 en 4 ure ontstond alhier brand in den molen van A. Martens, welke, door den hevigen wind aangewakkerd, zoo snel toenam, dat spoedig de molen van binnen was uitgebrand. Uit den molen is schier niets gered, zoodat de schade door het verbranden van granen, enz. veroorzaakt, zeer aanzienlijk is en nog niet kan worden opgegeven. De molen was voor brandschade verzekerd.