Volgens J.G. Geerdink in zijn Kroniek van De Lutte 800-1875 lag er in de vijftiende eeuw een watermolen tussen Hangelman en Poorthuis aan de beek; 'wegens de bosschen en struiken was er overvloedig water'. Hij vermeldt geen bron, maar we kunnen zijn bewering wel als zeker beschouwen.
De molen zou gelegen kunnen hebben aan een --nu verdwenen-- oude weg tussen de grote Lutter erven en buurtschappen, waar deze de beek kruist bevindt zich een vierkant 'omgracht' terreintje op de noordelijke oever dat nader onderzoek vereist. Veldnamen die naar een molen verwijzen zijn hier niet bekend.
Bron: Molens, Mulders, Meesters, H. Hagens, 1978, blz. 444.