Jacob Jacobsz van Couwenhoven stichtte in 1621 aan de oostzijde van de Leuvehaven een brouwerij. Op de kaart van Balthasar Florisz van Berckenrode (1626) staat op de gebouwen een kleine molen afgebeeld.
Er was toen ook een rosmolen aanwezig.
In 1647 kocht Vincent Bouwensz. de brouwerij voor het enorme bedrag van f. 85.000. Hij kon zich toen eigenaar noemen van een brouwerij, mouterij en rosmolen met negen molenpaarden, kuipen, ketels, vaatwerk en ander gereedschap, het huis van de opperbrouwer en nog drie woonhuizen.
Op 19 maart 1782 brak in het middengedeelte van de brouwerij brand uit en in vier uur tijd waren brouwerij, mouterij, branderij, molen en woonhuis volledig in as gelegd.
Bron: Rotteveel J. in "R'dams Jaarboekje" 1969, no. 20.
De brouwerij werd herbouwd, maar over de molen is verder niets meer bekend.